Verhalenlezen.nl - Voor al uw verhalen en sprookjes. Ook hebben we liefdes verhalen en erotische verhalen.

Verhaaltje mailen naar iemand.

Spreek een verhaal u aan, vind je een verhaal om te lachen? En wilt u het verhaaltje laten lezen door één van uw vrienden? Dan kan je via dit formulier het verhaaltje verzenden naar u vriend(in).

Naam ontvanger:
E-mail ontvanger:
 
Naam afzender:
E-mail afzender:
   
Verhaal:

At a boy high school
Daar zat ik dan, in de taxi. Op weg naar een nieuwe woonplaats, op weg naar een nieuw leven. Alweer. Mijn leven veranderde elke keer. Ondertussen was het al een gewoonte geworden.
Het begon allemaal toen ik zeven jaar was. Ik was nog maar een klein meisje dat zich nergens zorgen over hoefde te maken. Mijn moeder was een professional in paardrijden en mijn vader een militair, wat hij nu nog steeds is. Ze behandelden me als een prinsesje. Enigst kind was ik wel, maar altijd waren mijn vader en moeder er voor me. Elke woensdag middag maakten mijn moeder en ik lekkere hapjes. Dan waren het cakejes en dan waren het weer koekjes. 's Avonds aten we die dan gezellig samen met mijn vader op. Ook als ik 's avonds niet kon slapen was mijn moeder er voor me. Ik had een knuffel van haar gekregen, die ik Ali noemde, en ze zong een liedje die ze zelf bedacht had waardoor ik altijd in slaap viel. Totdat op een dag mijn leven voorgoed veranderde.
Het was een zonnige zomerdag en mijn moeder zou gaan oefenen voor een belangrijke ruiter competitie die dat weekend plaats zou vinden. Haar paard maakte de sierlijkste bewegingen en kon hard rennen. Opeens werd de lucht grauw en begon er een beetje regen te vallen. Al gauw veranderde dat in een hevige storm. Het paard gleed uit en mijn moeder kwam er onder te liggen... En ik had het allemaal met eigen ogen gezien.
Ik ben nu zestien, ja, het was negen jaar geleden, maar de dingen die ik net opnoemde zou ik nooit meer vergeten. Het liefst zou ik het vergeten en mijn leven vrolijk verder lijden, maar dat kon op een één of andere manier gewoon niet. Ik was al negen jaar moederloos. Een meisje heeft gewoon een moeder nodig. Vroeger samen fietsen en nu op de leeftijd die ik nu heb samen winkelen, maar die tijd zou nooit komen.
Mijn vader was depressief en behandelde me als grof vuil. Soms werd ik geslagen. De sweer van vroeger hadden we niet meer en ik had het gevoel dat die ook nooit meer terug zou komen. Ik kende mijn vader niet eens meer... Hij gedroeg zich zo anders. Uitte hij zo zijn verdriet of verbergde hij het zo? Veel vragen had ik hierover, maar nooit durfde ik ze te stellen. Ook had mijn vader nooit een nieuwe liefde gevonden. Ik vond het vervelend voor hem, maar niemand kon de plaats van mijn moeder innemen en dat stond vast.
Mijn vader zou naar het oosten moeten vechten in oorlogen die daar gaande waren. Natuurlijk zou ik niet mee kunnen, dus had hij gebeld naar een één of ander High School voor jongens. Niet zomaar een High School, maar een kostschool voor jongens. Ik zou daar dan naartoe moeten gaan, wat belachelijk zou zijn, want ik was een meisje. Hij had me net zo goed naar familie kunnen sturen, maar ja, meer als de helft kende ik niet eens. Mijn vader had het voor elkaar gekregen dat ik naar die jongens kostschool kon, maar op een voorwaarde: ik zou daar moeten schoonmaken. Elke keer kon mijn vader er voor zorgen dat mijn leven steeds vreselijker werd. Elk moment zou ik kunnen huilen, maar ik wist dat dat geen zin had. Ook dacht ik bijna elke seconde aan mijn moeder. Ik wist niet eens dat mijn vader dit plan had, maar ik kwam erachter doordat hij zich versprak tegen mij, maar hij had het toch een keer moeten vertellen... Aan de ene kant was ik wel blij dat dit gebeurde, want mijn vader was er niet meer om te zeggen ‘Amy ruim dit eens op, Amy doe dit eens en doe dat eens'.
Ik leefde nu al negen jaar lang met een man samen en op deze school waar ik wel voor een hele tijd zou blijven zijn ook alleen maar jongens. Niet echt een droom die uitkomt. Nooit had ik eens normale vrienden en hier zou ik het ook wel kunnen vergeten. Ik had nooit echt een vriendje gehad. Alle populaire meisjes op mijn vorige school hadden de jongens en geen een jongen keek echt naar me om. Maar ik wist niet beter en het maakte me ook niks meer uit.
'We zijn er' hoorde ik opeens.
De auto stopte en de chauffeur keek achterom.
'Dank u wel’ antwoordde ik en ik stapte uit de auto. De chauffeur stapte ook uit, maakte de achterklep van de auto open en haalde mijn koffer en tassen eruit. Ik bedankte hem nogmaals en betaalde hem voor de reis. De chauffeur knikte en reed even later weer weg.
Ik stond voor een mega hek waarachter een plein schuilde met honderden jongens. Overal waren ze. Achter het plein stond een mega gebouw.
Het was een gebouw met donkere stenen, waarschijnlijk omdat het oud was. Boven de deur hing een bord met 'Boys High School kst’ erop. Ik had geen idee wat 'Kst’ betekende. Misschien iets als Kostschool of zoiets. Het gebouw en alles wat er omheen was zag er allemaal niet echt nieuw uit, maar dat maakte verder niet uit. Omdat er zoveel jongens aanwezig zijn zal het toch niet zo vreselijk zijn? Toch voelde ik me niet echt op mijn plaats al probeerde ik het beste ervan te maken. Het enige lichtpuntje wat ik tot nu toe kon bedenken was dat ik zo mijn bed op kon zoeken en dat als de school zou beginnen dat ik dan mijn wekker niet om kwart over zes hoefde te zetten om vervolgens drie kwartier naar school te hoeven fietsen. Nu kon ik letterlijk mijn bed uitrollen, eten, tanden poetsen en de lessen gaan volgen, want ik had gewoon les op de school waar ik ook op sliep. Best handig eigenlijk...
Opeens merkte ik dat ik al een heel tijdje stond te staren naar het gebouw. Ik pakte mijn bagage, ademde een keer diep in en zuchtte toen. Ik zette het op lopen en sleepte mijn bagage mee het plein op.
Langzaam liep ik door de menigte heen. Ik voelde dat bijna alle ogen op mij gericht waren.
'Is dat nou een meisje?!' hoorde ik ergens naast me.
'Nee een aliën' grapte iemand droog terug.
Ik keek een keer opzij en zag twee jongens naar me staren. De ene had een buitenboordbeugel. Ik glimlachte en liep toen weer verder met een hart dat ontzettend klopte. Oké, een beetje aandacht is fijn, maar zoveel... Ik voelde me misselijk en had een zenuwachtig gevoel. Ik kwam aan bij een trap bij de ingang en wilde deur opentrekken.
'Wat moet dat?!' hoorde ik opeens.
Ik bleef verstijfd staan. Hierna draaide ik me om.
'Nieuw zeker?' ik zag een man ernstig naar me kijken. Ik knikte maar wat.
'Dat zie ik’ hij bekeek me van top tot teen. Ik mompelde wat.
'Je mag nog niet naar binnen. Als de bel gaat mag iedereen naar binnen en dan kan je je melden bij de balie’ sloot hij het gesprek af en hij liep weer weg.
Ik zag dat de meerderheid van de jongens dit gesprek blijkbaar gevolgd had. Ik zuchtte en liep het trapje af.
'Ik ben Jake en jij bent hot' zei een jongen die naar me toe kwam. Voordat ik iets terug wilde zeggen werd 'Jake' omvergeduwd door een andere jongen die ook mijn aandacht wilde trekken. Ik schrok me wild.
'Gaat het... Jake?' vroeg ik. Opeens kwam er een hele menigte naar me toe.
'Wie ben jij?','Waarom kom je naar een jongensschool?','Chickie!'. Ik werd omringt door allemaal jongens en het werd me te veel. Het werd zwart voor mijn ogen ik viel weg.

Ik opende mijn ogen. Ik merkte dat ik op de grond lag en dus flauwgevallen was. De menigte stond nog om me heen.
'Ze is wakker' riep een van de jongens.
'Er komt hulp aan. Schrik niet, alles komt goed' stelde een jongen met een lieve uitstraling me gerust terwijl hij op zijn knieën bij me zat.
Ik knipperde. Ik wilde weer gaan staan, maar toen kwam er een man naar me toe.
'Blijf maar liggen' zei hij. 'Weet je nog waar je bent?'
Ik probeerde me de tekst op het bord te herinneren.
'Ja, op een Boys High School' antwoordde ik.
'Dat klopt. Welke dag is het vandaag?'
'Vrijdag. Bedankt voor alles, maar het gaat echt wel weer' zei ik en ik stond weer op. De man knikte en draaide zich om naar de jongens.
'Jongens, laat haar even met rust. Ze is hier voor het eerst, dus geef haar wat ruimte' Sprak hij ze toe. De meerderheid luisterde en liep weg. Een paar jongens bleven staan. Ik werd nu al gek. Wie weet wat er nog allemaal zou gebeuren. De man gebaarde met zijn hoofd dat de overige jongens ook weg moesten gaan. Nu stond ik alleen met de man.
'Gaat het echt weer?' vroeg hij nog voor de zekerheid.
'Ja echt, bedankt' Antwoordde ik en mijn glimlach was het teken dat ik niet loog.
Hij knikte en vertrok weer.
Ik liep naar een vrijstaand bankje bij een dikke boom. Ik ging op het bankje zitten en was opgelucht dat er niemand naast me kwam zitten.
Mijn eerste keer begon al goed. Nu kende echt iedereen me.
Wat duurde het vreselijk lang. Secondes leken minuten en minuten leken uren. Zal die bel dan nooit gaan? Ik staarde voor me uit en zag een jongen naar me kijken. Ik kende hem ergens van... Zijn haren waren zwart, een beetje lang en warrig. Zijn broek hing een beetje laag en hij had een donkerblauw T-shirt aan. Het was echt zo'n jongen waar de populaire meisjes op mijn vorige school verkering mee hadden. Ik herinnerde het me opeens weer: Hij was die jongen met die vriendelijke uitdrukking op zijn gezicht en die op zijn knieën bij me zat toen ik flauwgevallen was. Zou ik naar hem toelopen en hem bedanken voor zijn hulp van net of niet? Nee, dat was iets te. Ik was opeens zo anders dan anders. Normaal was ik het buitenbeentje, maar nu leek het dat ik het middelpunt van de belangstelling was. Een andere jongen stootte hem aan. Die andere jongen keek nu ook naar mij en knipoogde. Ik bloosde. Ze begonnen met elkaar te praten. Hadden ze het over mij? Ik zag dat ze inderdaad weer naar me keken. Ik zwaaide kort en lachte. De jongens voelde zich betrapt.
De bel ging. Eindelijk! Ik voelde me weer goed, maar was nog steeds moe. Ik wilde zo snel mogelijk naar bed. Ik stond op met mijn bagage en liep naar de ingang waar de rest van de jongens stonden om 'in te checken'.
Ik liep het trapje op en stond even later binnen. Ik keek rond, overal waar ik kijken kon. Het zag er allemaal oud uit, maar wel groot. De muren waren wit en er stonden grijze kluisjes tegen de muren. Maarja, wat had ik anders verwacht? Een hip gebouw met blauwe en oranje muren? Zou ik hier ooit de weg wel vinden?
Ik hoorde twee jongens achter me met elkaar praten. Ik ving wat zinnen op:
'Ik hoop dat we dit jaar weer bij die noob in de kamer zitten' grinnikte een jongen. 'Weet je die grap nog van vorig jaar? Die was echt geniaal' antwoordde die andere jongen lachend.
Ik kwamen twee vragen in me naar boven: Had ik geen eigen kamer? En over wie hadden die jongens het eigenlijk?
Ik had geen tijd om hierover na te denken want ik was al aan de beurt bij de balie. Ik zag een vrouw zitten.
'Ik ben dus niet het enige meisje hier' floepte ik eruit.
De vrouw begon een beetje te lachen.
'Inderdaad, nu ben ik ook niet de enige vrouw meer' antwoordde ze.
'Zijn er echt niet meer vrouwen op deze school?' vroeg ik verbaasd.
De vrouw schudde haar hoofd.
'Op wat inval leraressen na dan' zei ze.
'O'
'Jij bent toch het meisje dat hier schoon komt maken?' vroeg ze. Ik knikte.
'Fijn, we hebben je hulp hard nodig en je komt bij mij werken' vertelde ze.
'Oké'
'Wat is je naam en geboortejaar?' vroeg ze.
'Amy Wayn, 1995' zei ik kortaf.
De vrouw voerde deze gegevens in de computer in. Er werden twee A-4tjes uitgeprint.
'Hier, dit is het nummer van je slaap kamer. Wees niet bang, je zit bij leeftijdsgenoten. En een platte grond van de school' de vrouw gaf me het eerste A-4tje.
'En dit is een schema met informatie over je schoonmaakwerk' Ik kreeg het tweede papier ook in handen gedrukt.
'Krijg ik geen eigen kamer?' vroeg ik met hoop in mijn stem.
'Nee sorry, te veel leerlingen, te weinig slaapkamers' Antwoordde ze.
'Oké, bedankt. Doeg'
Ik keek op het papier waar de plattegrond en mijn kamernummer op stond. Ik zat in kamer 206. Waar zou dat zijn?
Langzaam zoekend liep ik langs witte kamerdeuren waar het getal van de kamer op stond. De nummers op de deuren verraadde dat ik nog lang niet bij mijn kamer was. Tien, elf, twaalf, ik keek op de platte grond. Ik zag dat kamer een tot en met tweehonderd op de begane grond was, tweehonderd tot en met vijfhonderd op de eerste verdieping en vijfhonderd tot en met duizend op de tweede verdieping. Mijn kamer was dus op eerste verdieping. Ik besefte nu pas dat er duizend kamers waren, dus ook tegen de duizend jongens. Dit was echt niet normaal!
'Chickie!' hoorde ik iemand roepen en draaide me om, om te kijken wie het was.
Ik zag een jongen met zijn vrienden staan en hij wees naar me. Opeens begonnen ze naar me toe te rennen. Ik schrok en wist dat ik moest maken dat ik weg kon. Ik rende weg, wat nog al moeilijk ging met mijn bagage.
'Chick, wacht nou!' riep iemand anders.
Ik stopte. Waar moest ik heen? Ik keek naar links en rechts. Ik zag een lift, mijn redding. Ik snelde erheen en drukte op de knop. Een paar seconden laten sprong de deur van de lift open ik duwde mijn bagage naar binnen en vloog de lift in. Gelukkig waren er geen mensen in de lift waar ik op moest wachten. Terwijl ik in de lift stond zag ik de jongens op een afstand van vijf meter dichterbij komen. Ik drukte op '1'. Ga nou dicht, dacht ik en ik schopte tegen de muur. De deur ging langzaam dicht. De jongens kwamen hijgend aangerend. Lachend zwaaide ik naar ze terwijl de liftdeur dicht ging.
'We nemen de trap wel' zei iemand.
Ik schrok en stopte met lachen. Ik was dus toch niet gered. Mijn hart bonkte als een gek. Ik schoot alweer in de lach. Ik werd gewoon achtervolgd door een stel jongens. Ik had al een tijdje niet zo gelachen. Mijn dag was weer helemaal goed. Ik pakte mijn bagage vast zodat ik meteen weg kon gaan als de deur weer open zou springen. De deur sprong enkele seconden later open. Blij wilde ik weg lopen, maar de jongens hielden me tegen. Ik schrok. Ze waren natuurlijk naar boven gelopen via de trap en hadden de lift opgezocht waar ik ingestapt was.
'Waarom liep je weg?' vroeg een jongen met blond haar.
'Kijk Oprah Winfrey!' riep ik en ik wees zomaar ergens heen.
Alle jongens keken achterom. Lachend maar ook met een prop in mijn keel rende ik weg. Gelukkig had ik een koffer met wieltjes, anders zou ik geen meter vooruit komen. Ja, daar zag ik hem! Een witte kamerdeur met '206' erop. Rustig opende ik de deur en keek de kamer rond. Ik zag een jongen met blond en zwarte stekeltjes staan. 'Hoi, ik ben dus jou kamergenoot?' ik gaf de jongen een hand. Hij begon te lachen. 'Wat?' ik keek hem verbaasd aan.
'Dat kan niet, Dior en Youri zijn mijn kamergenoten al' hij wees naar twee bedden die vol lagen met kleren en andere dingen. Ik zag dat er ook maar drie bedden waren, niet voor mij dus. Ik schaamde me.
'Hoe kan dat nou? Tweehonderdzes is echt mijn kamer' Ik liet de jongen mijn papier zien.
'Wacht, tweehonderdzes zei je' de jongen schoot opnieuw in de lach. Ik knikte maar wat.
‘Dit is kamer tweehonderdnegen’ hij legde de nadruk op 'negen'.
Ik was stomverbaasd en liep naar de kamerdeur. Er stond inderdaad '209' op. ‘Waarschijnlijk heb je de negen omgedraaid in je gedachten’ dacht de jongen.
‘Ik heb het wel een beetje zwaar aan mijn hoofd ja’ antwoordde ik.
‘Ik ben trouwens Emiel’ de jongen gaf me een hand. Ik schudde hem.
‘Amy. Je vraagt je zeker af waarom ik hier ben?’ vroeg ik.
‘Ja, gedachten lezer’ antwoordde de jongen lachend.
‘Dat is eigenlijk een heel lang verhaal’ antwoordde ik. Ook vroeg ik me af of ik het verhaal niet voor mezelf moest houden.
‘Ik hoor het wel een keer’ Emiel knipoogde.
‘Is goed’ knikte ik.
‘Zal ik je maar even naar je kamer brengen? Of weet je al waar die is?’ bood Emiel aan om met me mee te gaan.
‘Nee hoef... Weetje, doe maar wel’ lachte ik.
Emiel liet me de deur uit gaan en volgde me. We liepen door de gang. Ik was blij dat ik Emiel leerde kennen. Hij was aardig. Stiekem hoopte ik dat het op vriendschap zou lopen, dat ik Emiel alles zou kunnen vertellen. Of was hij ook zo'n versierder die alleen zou pronken met de roem? Ik wachtte maar af. We liepen de hoek om en waren er. ‘Zo, kamer tweehonderdzes’ we stonden voor een deur met '206' erop.
‘Heel erg bedankt’ dankte ik Emiel.
‘Zit wel goed hoor. Voor zo'n mooie dame doe ik alles’ slijmde Emiel overdreven. ‘Echt alles?’ grapte ik.
Emiel lachte. ‘Als je me nodig hebt als bijvoorbeeld je kamergenoten vervelend doen weet je mijn kamer te vinden. Of moet ik mee naar binnen?’ bood Emiel aan.
‘Bedankt maar nee’ antwoordde ik.
Emiel glimlachte en draaide zich om om weer weg te gaan. Toen draaide hij zich weer om.
‘Misschien kunnen we elkaars nummers uitwisselen?’ kwam hij op het idee.
‘Ja goed idee’ ik was het met Emiel eens en haalde mijn mobiel te voorschijn. Emiel deed hetzelfde en we wisselde elkaars nummers uit.
‘Als er iets is, SMS je maar. Doei’ zei hij en hij draaide zich een paar seconden later om. Ik keek hem na, zwaaide kort en opende toen mijn kamerdeur. Ik gooide mijn spullen op de grond neer, gooide de deur letterlijk dicht en gleed langzaam via de deur naar beneden. Ik zat nu tegen de deur op de grond. Eindelijk had ik rust en was ik alleen. Opeens zag ik iemand staan.
Ik duwde mijn hoofd tussen mijn knieën. Waarom was ik nou nooit eens alleen? Ik besloot dat ik dat niet kon maken voor degene die voor mij stond, dus ik keek op en zag daar een skinny jeans met een riem en een gespierd bovenlichaam erop staan. Niet heel overdreven, maar gewoon mooi gespierd en bescheiden. Hij had een donkerblauw shirt vast. Langzaam ging mijn hoofd omhoog. Het was een jongen met zwart warrig haar. Hij zag er erg lief en zorgzaam uit. Zijn uiterlijk riep gewoon: Kijk naar me, kijk naar me! Al was ik niet iemand die veel om uiterlijk gaf, maar natuurlijk wel wist dat dit een knappe jongen was. Ik deed mijn best om niet naar zijn six-pack te kijken. Ik herkende de jongen opeens meteen. Het was die jongen die bij me zat toen ik flauwgevallen was en daarna met zijn vriend zo naar me zat te staren! Het moest wel, want de jongen die net naar me keek had een donkerblauw shirt aan en deze jongen had ook een blauw shirt vast. Meteen stond ik op. Ik zag dat hij verbaasd naar me keek.
‘Ben jij niet dat meisje dat flauwgevallen was?’ vroeg de jongen. Ik knikte wat verlegen en voelde me zenuwachtig.
‘Gaat het wel?’ vroeg hij.
Ik zag de zorgen in zijn gezicht, maar die veranderde in een lach toen ik knikte.
‘En ben jij niet die jongen die toen bij me zat en net zo met je vriend naar me zat te staren?’ vroeg ik lachend en plagerig.
‘Ja’ antwoordde hij kort en hij voelde zich betrapt.
‘Maakt niet uit hoor, ik vond het wel lief’ ik glimlachte en voelde me al wat meer op mijn gemak. Mijn ogen rolde weer naar zijn lichaam. Hij zag het en bood meteen zijn excuses aan.
‘Sorry’ Zei hij, trok snel zijn shirt weer aan en ik zag zijn six-pack langzaam weer verdwijnen, jammer genoeg. Ik voelde me nu ook betrapt.
‘Heb je daarvoor lang moeten trainen?’ vroeg ik me per ongeluk hardop af.
‘Ik ben elke week wel in een sportruimte te vinden’ lachte hij. Ik zwijmelde bijna weg, maar veranderde snel van onderwerp:
‘Ben ik dus jou kamergenoot?’
‘Dat ligt eraan...Heb je kamer 206 toegewezen gekregen?’ vroeg de jongen.
Ik knikte en gaf mijn papieren aan hem.
‘Welkom’ lachte hij.
‘Als je het niet erg vindt?’ ik keek naar de grond.
‘Tuurlijk niet! Met zo'n chickie op de kamer is dat juist een eer’ stelde hij me gerust. ‘Oh, ben jij er ook al zo'n een?’ Mijn stemming veranderde en opeens werd ik een beetje bang.
Ik was natuurlijk het enige meisje tussen allemaal jongens en er zou van alles kunnen gebeuren. Gelukkig had ik mijn mobiel paraat en kon ik Emiel bellen als het nodig was.
‘Zo bedoelde ik het niet! Hoe bedoel je dat eigenlijk?’ Vroeg de jongen.
‘Net waren er jongens die me achtervolgde en de hele tijd 'chickie' en alles riepen, daarom kwam ik ook zo onnozel binnen vallen, omdat ik ze af had geschud’ Vertelde ik.
‘Oké, maar zie je het dan niet als een compliment? Want ik weet zeker dat de jongens en ik dat zo bedoelden’ Vroeg de jongen.
‘Ja, dat is ook zo, maar ik ben al die aandacht gewoon niet gewend en ik wil geen jongen die je van je houdt omdat je 'lekker' bent, maar omdat hij van je houdt om wie je bent’ Legde ik uit.
Ik liep naar een vrijstaand bed en ging erop zitten. Elk moment kon ik in huilen uitbarsten. De jongen kwam naast me zitten.
‘Dat vind ik mooi aan jou. Je bent dus tenminste niet zo'n kakker van mijn vorige school twee jaar geleden die alleen maar om uiterlijk geeft. En je kunt er zeker van zijn dat ik ook niet zo ben, oké?’ hij keek me diep in mijn ogen.
Ik knikte.
‘Ik ben trouwens Mitchel’ zei de jongen en hij stak zijn hand uit.
‘Amy’ antwoordde ik en ik schudde zijn hand. Even voelde ik kriebels.
‘Ehm..’ begon ik ‘is hier ergens een toilet?’
Mitchel knikte, stond op en opende de deur. Hij wees naar links. We keken naar een gang die eindigde door een bocht.
‘Aan het eind van de gang. Deze gang eindigt daar en de allerlaatste deur is een ruimte met douches, toiletten enzo’ Mitchel stond in de deuropening terwijl ik de hoek omliep en Mitchel bedankte.
Toen ik de hoek omliep zag ik drie jongens staan. Al snel kwam ik erachter dat het geen vrienden waren. Twee jongens stonden om een jongen met donkerbruin krullend half kort haar en een bril heen. Een jongen pakte de bril van de andere af en de pesters begonnen ermee over te gooien. Toen het plezier over was gooiden ze de bril op de grond en trok iemand aan de jongen zijn bagage. Wat deed ik hier eigenlijk nog?
‘Doe eens normaal!’ riep ik en ik rende naar de jongens toe.
Ik raapte de bril van de grond op en zag dat hij gelukkig niet kapot was. Ik gaf hem terug aan het slachtoffer. De andere jongens waren gestopt met treiteren.
‘Moet je hulp hebben van een meisje?’ lachte de ene jongen die zijn broek overdreven laag had hangen.
‘Gaan jullie nog?!’ ik wachtte af.
Ik werd zelf ook wel eens gepest. Nou ja, niet echt gepest, maar ik was gewoon altijd het buitenbeentje. Altijd was ik afgezonderd van de anderen en niemand moest iets van me hebben. Prima, vond ik altijd. Natuurlijk wilde ik vrienden, maar ik had geen mensen nodig waar je niks aan hebt.
‘Kom we gaan’ zei een van de pesters en hij had al minder plezier dan daarnet.
‘Oké dan’ De jongens liepen weg. Ik wachtte tot de jongens uit het zicht waren en begon daarna een gesprek aan met de jongen.
‘Gaat het wel?’ vroeg ik en de jongen had inmiddels zijn bril al opgezet. Hij knikte. ‘Waar moet je heen?’ vroeg ik en ik probeerde de jongen gerust te stellen.
‘Waarom hielp je me en waarom praat je eigenlijk tegen me? Je hoort me nu te vloeren of zo’ zei de jongen en hij was verbaasd.
Ik zag dat hij zijn bagage bij hem had.
‘Wat is dat nou voor een vraag? Jij bent een persoon en ik als een ander persoon help iemand graag die half dood gepest wordt?!’ ik keek hem aan en wachtte op antwoord.
Hij zei niks en wilde waarschijnlijk zo snel mogelijk naar zijn kamer.
‘Zoek jij je kamer?’ vroeg ik.
‘Ja, ik weet niet waar hij is. Toen ik het aan die jongens vroeg -wat ik beter niet had kunnen doen- begonnen ze me uit te schelden en te treiteren’ Hij zei het alsof het de normaalste zaak van de wereld was.
‘Ik mag zulke mensen echt niet, maar ze zijn weg dus laten we ze snel vergeten. Wat is het nummer van je kamer? Dan help ik je zoeken’ ik hielp hem graag.
‘Kamer 206’ antwoordde de jongen.
‘Dat meen je niet! Ik zit daar ook!’ ik vergat dat ik naar het toilet moest en trok de jongen al mee de hoek om.
‘Dan zijn we dus kamergenootjes’ zei ik enthousiast terwijl we al aangekomen waren bij onze kamer. Ik hielp de jongen met zijn bagage en opende de deur. We liepen naar binnen.
‘He Mitchel! Dit is onze nieuwe kamergenoot’ ik stelde de jongen en Mitchel aan elkaar voor.
Ik dacht wel dat ik het getroffen had met deze jongens en niet dat ik arrogante jongens had. Mitchel keek wat raar uit zijn ogen en keek me aan met een 'wat doe je me aan' blik. Ik fronste mijn wenkbrauwen. Mitchel stak zijn had uit naar de jongen. ‘Mitchel’ zei hij en hij trok zijn lip op. De jongen schudde de hand
‘Matthew’ zei hij. Er viel een stilte. Ik moest iets doen om het ijs te breken tussen deze jongens, want Matthew verdiende een vertrouwde kans met vrienden en ten slotte wilde ik ook een normale en leuke tijd met mijn kamergenoten, want ik zou hen nog vaak zien en vaak met hen optrekken.
‘Dus..’ ik mompelde wat en keek de kamer rond. Ik zag een stapelbed en een vrijstaand bed staan. Verder stonden er drie kasten die volgens mij bedoeld waren als kleding kasten. Mijn ogen rolde naar het behang dat er lichtgrijs uit zag en de grond was bedekt met glad hout. Je kon zo zien dat deze kamer al meerdere keren is gebruikt.
Matthew keek me strak aan, alsof ik zijn enige hoop was.
‘Wie slaapt waar?’ ik was het die de vraag stelde.
Mitchel keek Matthew aan.
‘Amy mag wel in het vrijstaande bed en dan gaan wij wel in het stapelbed, goed?’ Matthew was het er mee eens.
‘Weten jullie dat zeker? Ik bedoel,’ ik kon mijn zin niet afmaken.
‘Ja, echt’ ging Mitchel er doorheen en ook Matthew knikte.
‘Bedankt jongens’ met een big-smile gooide ik al mijn bagage op mijn bed en ging erbij op bed zitten. Toen ik zag dat er een nachtkastje naast mijn bed stond trok ik mijn Eastpak rugzak op mijn schoot en opende ik hem. Voorzichtig haalde ik er een fotolijstje uit. Het was een foto van mijn moeder die het lijstje vulde. Ik staarde naar de foto en zuchtte. Ik zette het lijstje met de foto op mijn nachtkastje. Ik besloot om verder te gaan met uitpakken. Matthew had voor de bovenste verdieping van het stapelbed gekozen en Mitchel voor de onderste. Tot mijn verbazing waren ze allebei bezig met hun bed opmaken. Bij Matthew ging het wat minder soepel, waarschijnlijk omdat het moeilijk was om alles naar boven te krijgen. Ik schoot in de lach. Ten eerste had ik nooit gedacht dat jongens een bed op konden maken en ten tweede moest ik nu echt Matthew ten hulp schieten. Ik stond op.
‘Lukt het?’ vroeg ik zo serieus mogelijk.
‘Niet echt’ gaf Matthew toe.
‘Kom maar’ ik nam de boel van hem over.
‘Kijk goed, want de volgende keer doe je het wel zelf’ lachte ik.
Ik pakte de deken en legde hem wijd over de grond. Daarna deed ik het dekbed van Matthew binnenstebuiten en pakte de puntjes aan het uiteinde. Ik pakte ook de punten van de deken en begon alles te schudden. Langzaam gleed het dekbed over de deken en was ik klaar.
‘Snap je het hele gedoe?’ vroeg ik half lachend.
‘Ik denk het wel’ antwoordde Matthew.
Hij had de kussensloop al over zijn kussen gekregen. We gooiden de boel naar boven. Ik maakte zijn bed met wat moeite op.
‘Heel erg bedankt’ bedankte Matthew me.
‘Heel erg alsjeblieft’ antwoordde ik en ik wilde weer verder gaan met mijn eigen bed, maar voordat ik dat deed keek ik nog snel even naar Mitchel. Hij had zijn bed al opgemaakt.
‘Verdien ik nu geen compliment?’ grapte Mitchel.
‘Heel erg knap’ ik gaf hem het compliment dat hij inderdaad verdiende.
Mitchel sprong in bed en lag op zijn dekens met zijn handen onder zijn hoofd. Ik maakte ook mijn bed op.
‘Het is hier koud. Mag het raam dicht?’ vroeg ik terwijl ik naar een raam keek dat open stond.
‘Sure’ antwoordde Mitchel.
‘En meneer is ook nog goed in Engels? Zo, zo’ plaagde ik Mitchel. ‘
Malle mallerd toch’ praatte hij bekakt en daarna schoten we allebei in de lach.
Ik liep al lachend naar het raam en stak mijn hoofd naar buiten. Ik stak mijn neus richting de blauwe lucht. Ik ademde diep in en uit. Ik verkende het gebied en keek naar rechts, daarna naar links. Links tegen de muur van het gebouw aan zag ik een soort afdakje. Ik keek verder omhoog en daar was het dak al. Opeens kwam ik op een idee.
Ik keek nog een keer goed. Super zwaar was ik niet, dus dat afdakje kon mij makkelijk houden en dan moest ik wel op het dak kunnen komen. Het was immers een plat dak en daar had ik dan een plekje waar ik even tot mezelf kon komen. Ik als persoon heb dat gewoon nodig. Ik ben een echte denker. Veel vertel ik niet, maar ik denk wel enorm veel. Super gezellig zo als ik die jongens hier heb leren kennen, maar ik moest in mijn achterhoofd houden dat ik een meisje ben en wat privacy wel nodig had. Vanavond zou ik eens een bezoekje brengen aan het dak.
Ik hing al een tijdje buiten het raam, dus trok ik me terug en deed het raam dicht. Ik ging op bed zitten. Ik had hier nog meer gelachen dan in een paar maanden. Er gebeurde hier toch iets magisch al had ik gemengde gevoelens. Tot nu toe zat alles me nog mee, maar voor dat het te laat zou zijn, wilde ik graag mijn 'normale' leven terug. Een leven waar ik nog een moeder had, goede vrienden, op een normale school zat met jongens én meisjes en vooral dat m'n vader me respecteerde zoals ik was. Toen ik een keer 'weer eens iets fout' deed ontstond er lichte ruzie tussen mijn vader en mij. 'Niemand is perfect, aangenaam ik ben Niemand’ Had ik gezegd en was rustig naar mijn kamer gelopen.
Ik pakte mijn koffer verder uit en besloot om mijn kleding in een kledingkast uit te stallen. Met een langzame pas liep ik samen met mijn koffer naar een kast en opende hem. Waar moest ik beginnen? Jeans bij jeans, sokken bij sokken, shirts bij shirts en zo raakte mijn kleding kast een beetje vol. Ik hoorde voetstappen achter me en keek achterom. Mitchel liep naar de deur en groette een jongen die in de deuropening stond. Ik herkende de jongen ergens van, maar ik kon niet opkomen waarvan.
‘Hé, kijk eens wie we daar hebben. Dat is mijn chick!’ zei hij, hij liet Mitchel in de steek en liep naar me toe.
Hij pakte een BH uit mijn kast en rende ermee lachend de kamer uit.
‘Geef terug!’ riep ik, maar het had geen zin.
Ik schaamde me, want Mitchel en Matthew hadden het allebei gezien.
‘Kinderachtig’ zei ik hardop en ik zuchtte. Waren alle jongens zo gek of was dit een apart geval? Wat vonden ze er eigenlijk zo 'spannend' aan? Het woord 'chick' spookte door m'n hoofd. Opeens herkende ik de jongen en liep naar Mitchel toe.
‘Dat is een van de jongens waar ik voor gevlucht was’ vertelde ik in de hoop van dat hij iets voor me kon doen.
‘Oh, Arwin?’ vroeg hij lachend.
‘Ja’ Wist ik veel hoe die jongen heette
‘Weetje laat maar zitten, als hij er zo blij mee is’ het scheelde me niks meer en ik draaide me weer om.
‘Ik regel het wel’ meende Mitchel en hij was al vertrokken. Ik legde de laatste kleren in de kast en natuurlijk ook de verzorg spulletjes, zoals: Tandpasta, tandenborstel, douche spulletjes, deo, créme, borstel, stiekjes en mijn stijltang.
‘Kijk eens’ hoorde ik iemand zeggen. Ik deed snel de laatste dingetjes in mijn kast en sloot de deuren ervan. Toen ik me omdraaide zag ik Mitchel in de deuropening staan met mijn BH in zijn hand. Ik liep naar Mitchel toe, nam hem over, knikte naar hem, opende snel mijn kastdeuren opnieuw, legde hem erin en sloot de deuren weer. Ik wist niet waar ik heen moest kijken. Mitchel zette een grijns op. Mijn ogen rolde naar Matthew die boven op zijn stapelbed op zijn Nintendo DS zat te spelen. Hij hield dus van gamen. Eigenlijk was ik er wel benieuwd naar of Mitchel meer wist van de pesterijen van Matthew, want toen ik hen aan elkaar voorstelde kijk hij me aan met een rare blik.
‘Mitchel kom eens mee’ ik liep naar de kamerdeur en Mitchel gehoorzaamde. Matthew keek ons na, maar ging daarna weer verder met spelen. Samen liepen we de kamer uit. Ik sloot de deur achter ons en we stonden op de gang. Ik slikte een keer. ‘Wat is er? Gaat het over je.’ vroeg Mitchel en hij maakte zijn zin niet af omdat ik er doorheen ging.
‘Nee, het gaat niet over mijn BH. Het gaat over Matthew’
‘Ja?’ antwoordde Mitchel kort.
‘Hoe zit dat met hem? Kende je hem al? Wordt hij vaak gepest of weet je dat niet?’ vroeg ik.
‘Nou, het is zijn eerste jaar hier en ik ken hem van de middelbare school ja’ vertelde Mitchel.
‘Werd hij op die school ook gepest?’ vroeg ik.
‘Ja. Hij is niet echt de knapste weet je wel en hij heeft wat rare manieren. Niet echt een mattie van me ofzo’ antwoordde Mitchel.
‘Ik had een idee wat beter is voor zijn 'imago'’ vertelde ik.
‘Nou? Vertel’ Mitchel keek me strak aan waar ik zenuwachtig van werd.
Ik mompelde wat, keek naar mijn afgetrapte All Stars en antwoordde kort:
‘Make-Over’
Mitchel keek me vragend aan.
‘We geven hem een make-over. Ik heb een stijltang, dus die krullen kunnen we eruit halen en misschien kunnen we aan lenzen komen in plaats van die bril?’ Legde ik uit. Mitchel knikte.
‘Op maar één voorwaarde..’ zei hij kort daarna.
‘Nou?’ Nu was ik de gene die hem vragend aan keek.
‘Dat hij niet zo knap als mij wordt’ zei Mitchel.
‘Uitslover’ we moesten allebei lachen.
We liepen weer richting onze kamer. Ik schudde al glimlachend mijn hoofd. Wat een raar figuur, die Mitchel. Toen we op het punt stonden om de deur te openen en het 'goede' nieuws aan Matthew wilden vertellen ging er een bel. Vlak daarna hoorden we een stem uit een luidspreker die door de hele school te horen was
‘Welkom op onze school. We hopen dat alle jongens over een uur gearriveerd zijn. Dan wensen wij jullie allemaal om 3 uur te zien in de grote zaal op de begaande grond in het A-gebouw’
Ik had geen idee waar dat was, maar Mitchel en Emiel zouden het wel weten. We liepen onze kamer binnen. Mijn ogen vielen op Matthew die bovenin het stapelbed op zijn Nintendo DS zat te spelen.
‘Matthew?’ vroeg ik, maar hij zat te veel in zijn spel en reageerde niet. Ik moest een beetje lachen. Mitchel liep naar de trap van het stapelbed toe, pakte het bed vast en schudde hem heen en weer. Matthew had het eerst niet door, maar schrok daarna. ‘Gast, kom eens uit je nest’ zei Mitchel.
‘Oké, oké’ herhaalde Matthew terwijl hij met moeite zijn Nintendo uitzette en naar beneden kwam. Matthew keek me stoned aan.
‘We gaan je een make-over geven’ zei ik.
‘Een make-wates?’ vroeg Matthew. Ik keek de kamer rond. Er was geen spiegel.
‘Ga hier maar even zitten’ stelde ik voor en ik schoof de bureaustoel naar achter. Matthew ging op de stoel zitten en snapte nog steeds niet wat een make-over was. Ik opende mijn kledingkast en haalde mijn stijltang en borstel tevoorschijn. Ondertussen bedacht ik me of Matthew dit wel wilde, want hij vroeg zich natuurlijk af wat we met hem gingen doen.
‘Matt, Mitchel en ik hadden het idee.’ ik wist niet goed hoe ik dit moest vertellen.
‘Ik weet dat je best wel gepest werd of wordt en een oorzaak daarvan is dat je er niet zo 'hot' uitziet’ nam Mitchel het gelukkig over.
Zelf had ik het niet zo gezegd, maar als jongens onder elkaar kon dat wel. Matthew keek naar de grond en speelde wat met de stoel.
‘Sorry’ zei ik.
‘Nee. Weet je, jullie hebben gelijk. Ik heb daar totaal geen gevoel voor en ik draag gewoon waar ik me gelukkig in voel’ vertelde Matthew.
‘Snap ik. We doen alleen iets met je haar en kleren en we zorgen er zeker voor dat je je goed voelt’ zei ik. ‘En anders draaien we het gewoon weer terug, want dat stijle gaat er toch na een tijdje weer uit?’ vroeg Mitchel aan mij. Ik knikte.
‘Je bent in goede handen’ maakte Mitchel het verhaal af.
‘Bedankt’ Matthew keek me aan.
‘Ik heb hier een tang en dan maken we je haar stijl’ legde ik uit.
Matthew knikte en keek voor zich uit. Ik keek naar Mitchel, die naar me glimlachte. Ik stak de stekker in het stopcontact en liet de tang warm worden.
‘Let goed op, want jij bent zo aan de beurt’ zei ik tegen Mitchel.
Mitchel beet op zijn lip. Ik pakte een pluk haar vast en wilde gaan beginnen, maar toen kwam ik op een idee. ‘
We moeten natuurlijk wel foto's maken als herinnering’ zei ik.
Mitchel maakte een 'uhuh' geluid.
‘Like: Before and after’ reageerde hij daarna.
Ik haalde mijn mobiel tevoorschijn.
Matthew zat op de stoel. Mitchel en ik bogen naar Matthew toe.
‘Cheese’ zei ik.
Matthew en Mitchel deden wat ik zei.
‘Cheese’ zeiden ze droog.
Ik schoot in de lach en maakte de foto. Snel keek ik wat het resultaat was. Ik begon te lachen.
‘Check m’n paardenbek’ de jongens keken op mijn mobiel waar ik met mijn mond wagendwijt open te zien was en schoten ook in de lach.
‘Kom, we moeten er nog een maken’ vond Mitchel.
‘Okay’ en opnieuw bogen we weer naar Matthew toe.
Ik zette mijn big-smile op en drukte op het knopje. De foto werd gemaakt. Snel keken we naar het resultaat.
‘Matthew heeft z'n ogen dicht’ zei Mitchel.
‘Sorry’ antwoordde Matthew.
‘Maakt niet uit joh, het is juist grappig als we mislukte foto's hebben en ik heb toch genoeg geheugen op mn mobiel dus we kunnen nog wel even door gaan’ en wat ik als laatste zei kwam uit.
‘Zo, nu moeten we wel genoeg foto's hebben’ zei ik en ik legde mijn mobiel op het bureau. ‘Kunnen we ze hier ergens uit draaien?’ vroeg Matthew aan Mitchel.
‘Uitprinten?’ vroeg Mitchel.
Matthew knikte.
‘Ja, ieder jaar krijg je wat geld op je computeraccount en met dat geld kan je het hele jaar printen. Dus je moet wel een beetje zuinig doen, want op is op’ legde Mitchel uit.
‘Dat hadden wij ook op de middelbare school’ vertelde ik.
Matthew keek ons aan met een vragende blik.
‘Straks moeten we naar een 'toespraak', dat werd net omgeroepen, en dan gaat zo'n dude allerlei dingen vertellen. Onder anderen dit en nog meer dingen. Dat gaat heel lang duren’ Mitchel bereidde ons al vast voor.
‘Zo, weer iets om naar uit te kijken’ zei ik met een sarcastische bedoeling.
‘We moeten het nu echt afmaken, anders moeten we al weer naar die 'leuke' toespraak en dan hebben we Matthew nog niet af’ zei ik en ik pakte de stijltang vast.
‘Nog een half uur en dan moeten we naar beneden’ zei Mitchel die op de klok keek die boven de deur hing.
Ik pakte een pluk haar vast en begon met stijlen. Nog een pluk en nog een pluk, totdat ik de ene helft van Matthew's hoofd had gedaan.
‘Moet je zien wat een verschil’ zei ik verwonderd tegen Mitchel.
‘Inderdaad zeg!’ antwoordde hij.
‘Nu maken jullie me nieuwschierig’ zei Matthew die zichzelf onmogelijk kon bekijken, omdat er nergens een spiegel was. Ik lachte terwijl ik met mijn hand door zijn haar streelde en het goed in model deed.
‘Zo, nu mag jij’ ik gaf de stijltang aan Mitchel.
‘Okidoki’ hij nam hem aan en wilde gaan stijlen.
‘Kijk uit dat je...’ het was al te laat. Matthew gilde. ‘...Het hoofd van Matthew niet verbrandt’ maakte ik mijn zin af.
Mitchel schoot in de lach. Waarschijnlijk door de gil van Matthew.
‘Gaat het wel?’ vroeg ik aan Matthew die met zijn hand over zijn hoofd wreef.
‘Ja’ hij keek naar Mitchel die al gestopt was met lachen.
‘Je moet eerst een plukje vastpakken en dat stijlen. Niet meteen tegen het hoofd aan en kijken wat je tegenkomt’ legde ik uit.
‘Oke, ik doe m'n best’ zei hij en we gingen weer verder.
We waren klaar en hadden als laatste de puntjes op de 'i' gezet.
‘Wil je even omdraaiden? Dan kunnen we het resultaat zien’ vroeg ik.
Matthew draaide zich om en keek me aan. Ik haalde de bril van zijn neus af.
‘Oh My Bigfoot!’ riep ik. ‘How is!’
Zelfs Mitchel stond er versteldt van. Ik pakte mijn mobiel en zocht een foto op die we net gemaakt hadden. Ik vergeleek de 'oude' Matthew met de 'nieuwe'. De oude Matthew met bril en onverzorgdt krullig haar en de nieuwe Matthew die voor me stond; zonder bril, met verzorgd donkerbruin stijl haar dat een beetje bewerkt was met gel van Mitchel.
‘Matthew...’ zei ik ‘... je bent super leuk’
‘Alleen zie ik niks zonder bril’ zei Matthew.
Mitchel en ik moesten lachen, maar Matthew vatte niet wat er zo grappig was.
‘Foto?’ vroeg ik nadat we bijgekomen waren van het lachen.
‘Ja, maar nog even over mijn bril’ Matthew mompelde wat.
Van binnen lachte ik, maar hield me in. ‘Heb je geen lenzen?’
‘Jawel’ Matthew antwoordde langzaam.
‘Maar?’ Ik vatte het op of Matthew het niet zag zitten.
‘Ik heb ze ooit gekregen toen ik die bril kocht. Het was een actie ofzo’ vertelde Matthew. ‘Ooit ingehad?’ het was Mitchel die de vraag stelde.
‘Nee, leek me niet zo prettig zitten’ Matthew voelde aan zijn nieuwe kapsel.
Ik grinnikte.
‘We proberen het zo wel en anders geef je maar een gil, dan doe je gewoon je bril op’ probeerde ik Matthew gerust te stellen.
Matthew maakte een 'uhuh' geluid en knikte. Ik haalde mijn mobiel weer tevoorschijn.
‘Op een nieuwe start’ zei ik en ik maakte een foto van ons drie.
Het was inderdaad een nieuwe start. Voor iedereen. Vooral voor Matthew en mij.
Op mijn vorige school was ik het buitenbeentje, degene zonder vrienden, het meisje dat thuis behandeld werd als oud vuil, maar hier was dat zoveel anders. Voor het eerst leek het of de 'boys' me leuk vonden, of ik een beetje in het middelpunt van de belangstelling stond. Eigenlijk hield ik daar niet van en was ik het niet echt gewend, maar toch... Hier kon ik een nieuw persoon zijn. Alles kon. Mensen kende me niet en ik hen ook niet. Geweldig om alles te veranderen, het minderfijne te vergeten en een super tijd tegemoet gaan met super kamergenoten. Het was lang geleden dat ik zo hard en lang gelachen had. Ik voelde me voor het eerst gewoon weer fantastisch. Als nooit tevoren.
Maar tegelijk veranderde mijn gedachten weer. Ik had zoveel meegemaakt. Eigenlijk te veel voor een zestien-jarig meisje. Wat nou als Matthew, Mitchel en Emiel rotlui waren. Zoals ik meestal over jongens dacht. Ik was nooit echt geïnteresseerd in jongens. Rare wezens vond ik het maar. Net alsof ze van steen zijn. Natuurlijk zag ik wel eens een jongen waar ik naar zat te staren, maar meestal zagen ze me toch niet staan en wat had je aan een relatie op je zestiende? Liefde maakt blind. Verkering, fijne tijd, elkaar niet meer leuk genoeg vinden en uit. Liefdesverdriet. Iets dat voor altijd in je hart getatoueerd zou blijven. En je zou toch niet met elkaar trouwens en gelukkig zijn. Dat kwam maar weinig voor. Ik bleef erin geloven en wist niet of ik er anders over zou gaan denken.
Zouden er wel jongens bestaan die hun emoties durven te uiten en niet zo geweldadig zijn, alleen maar denken aan drank en grof taalgebruik? Een vraag waar ik graag antwoord op zou willen hebben.
Het verstandigste leek me nu om gewoon mezelf te blijven. Gewoon Amy. Alleen wel wat meer positief gaan denken...
Toch vond ik het raar. Mijn gevoelens sloegen steeds over. Dan was ik weer blij en dan kon ik wel janken. Dan wilde ik niets anders en dan wilde ik gewoon niet meer leven. Toch wenste ik elke dag dat mijn moeder er nog was. Gewoon even bij haar op schoot zitten en uithuilen. Ik miste die hand die in mijn haren streelde en de schouder om te huilen.
Ik moest eigenlijk nog ontdekken wie de ware Amy was. En trouwens ook wie de jongens echt waren. Had ik een 'fake' eerste indruk van hun? Waren ze anders, net als alle andere mensen die je hart breken of zouden ze echt mijn BFF's worden?
Ik was jong, dus ik had nog genoeg tijd om alles te ontdekken. Maar eerst moest en zou ik ervoor zorgen dat ik het hier zou overleven.
‘Het is tijd’ zei Matthew.
Ik knikte.
‘Ik ga met mijn vrienden als jullie dat niet erg vinden?’ Mitchel keek ons aan.
‘Nee hoor’ zei Matthew voordat ik iets kon zeggen.
‘Maar jullie mogen wel bij ons komen zitten’ antwoordde Mitchel.
‘Dankje, maar ik denk dat ik Emiel even op ga zoeken en misschien komen we daarna nog bij jou en je vrienden zitten’ ik keek naar het gezicht van Matthew.
Hij keurde het goed. Mitchel zei niks. Waarom, wist ik niet.
‘Matt, wil je jezelf nog even zien voor de spiegel?’ vroeg ik. Matthew knikte hevig.
‘Op naar de spiegel!’ Mitchel opende de deur.
Het bleek dat Mitchel de weg hier goed kende. Hij liep voorop in het rijtje op weg naar de badkamer. Even later kwamen we aan bij een deur waar 'badkamer' met sierlijke letters opgedrukt was. Hier was de badkamer dus. Mitchel opende de deur. Eén voor één liepen we naar binnen. Erg nieuw zag het er niet uit. Ach ja, wat maakte het eigenlijk uit? Als er maar een WC was en een douche. Ik zag een grote spiegel aan de muur hangen.
‘Ogen dicht’ zei ik en Matthew deed wat ik zei.
Ik trok Matthew mee en niet lang daarna stonden we al voor de spiegel.
‘Open ze maar’ ik was benieuwd naar de eerste reactie van Matthew.
Hij openende zijn ogen en keek naar de spiegel, waar hij een nieuwe jongen zag staan. Qua uiterlijk dan. Eigenlijk wist ik niet hoe Matthew écht was van binnen. Dat mensen hem wel eens dwars zaten wist ik onderhand wel, maar ik was toch echt benieuwd naar hoe hij van binnen zou zijn...
‘Ik moet toegeven... Dat het jullie aardig gelukt is’ zei Matthew met een lach.
‘Je hebt het aan die dame te danken, niet aan mij’ antwoordde Mitchel en hij wees naar mij. Ik glimlachte en keek naar de grond.
‘Bedankt’ zei Matthew.
‘You're welcome’ zei ik.
‘We moeten echt gaan jongens’ Mitchel keek op zijn mobiel.
Ik keek naar Mitchel.
‘Jongen én meisje’ lachte hij. Ik lachte.
We liepen de badkamer weer uit.
‘Je ziet er goed uit’ zei ik nog tegen Matthew.
‘Ik ga naar de boys. Als jullie erbij willen zitten kan dat, maar dan zie je ons wel ergens in de zaal zitten’ zei Mitchel, hij glimlachte en liep weg.
Het schoot me te binnen dat ik samen met Emiel wilden gaan. Ik haalde mijn mobiel tevoorschijn en stuurde hem een sms en vroeg of hij samen met mij en Matthew wilde gaan.
Na een korte tijd kreeg ik een sms'je terug. Hij vond het goed, alleen zijn kamergenoten zouden ook meegaan. Waarom ook niet?
‘Kom je?’ vroeg ik aan Matthew.
‘Ja’ antwoordde hij kort. We liepen weer door de gang naar kamer 209. Ik voelde me net een brugger die voor het eerst alle nieuwe gangen en hoekjes ontdekte op de middelbare school.
Ik klopte op de deur.
‘Ja?’ hoorden Mattthew en ik iemand roepen. Ik opende de deur. Ik voelde opeens een zenuwachtige schok door me heen gaan.
‘Hoi’ ik trilde, maar wilde niks laten merken.
‘Hallo daar’ ik herkende aan de stem dat het de jongen was die net ja zei. Hij stond op en liep naar me toe. Ik trok Matthew naar voren.
‘Dit is Matthew’ zei ik. Dit was echt gênant...
‘Ehm, hoi?’ Matthew bloosde. Gelukkig kwam Emiel al naar me toelopen. We groetten elkaar. ‘Hoort ze bij jou?’ vroeg weer een andere kamergenoot.
‘Ja’ antwoordde Emiel kort en hij liep naar de deur als teken dat we konden vertrekken.
Ik liep in het midden naast Matthew en Emiel aan mijn zijde de trap af. De andere twee jongens daarachter. Ik was blij dat ze me verder met rust lieten.
We kwamen aan in het binnenplein.
‘En nu?’ vroeg ik, terwijl ik het eigenlijk al een beetje kon raden. De deuren van een grote zaal stonden open en er zaten honderden jongens binnen. Ze praatten hevig door elkaar heen. ‘Daar?’ Matthew had het ook al door.
‘Yep’ antwoordde Emiel en we liepen de zaal binnen in de hoop van of er nog een plekje over was. Ik voelde mijn hart bonken en slikte.
‘Daar zitten Mitchel en zijn vrienden, zullen we daarnaast gaan zitten?’ vroeg ik en mijn ogen vielen op Mitchel die ergens midden in de zaal zat.
‘Is goed, als er genoeg plek is’ vond Emiel. Ik telde de lege stoelen naast Mitchel en zijn vrienden.
‘Zes lege stoelen’ meldde ik.
‘Oeh, wiskunde genie!’ Emiel lachte.
We liepen naar Mitchel toe.
‘Oeh, Emiel heb je je girlfriend meegenomen?’ grapte iemand in de zaal.
‘Niet verkeerd dude’ riep een jongen met blond haar.
‘Je weet dat je daar problemen mee gaat krijgen’ deigde weer iemand anders.
‘Shut up’ lachte Emiel.
‘Niks van aantrekken’ fluisterde Emiel.
‘Nou, dat gaat makkelijk’ antwoordde ik sarcastisch.
We kwamen aan bij Mitchel en zijn vrienden die ons al opgemerkt hadden.
‘Hey’ groette Mitchel. Ik zag wat verbaasde gezichten. Niemand verwachtte natuurlijk dat er opeens een meisje, oftewel een 'chick', bij hun op school kwam. Ik besloot om naast Matthew te zitten en liet dus alle jongens voorgaan in de rij. Ik liet Matthew expres als ene laatste in de rij zitten en ik als laatste zodat ik niet naast die engerds hoefde te zitten. Ik ging zitten en hoorde achter me wat gefluister. Ik pik op dat het over Matthew ging. De personen vroegen zich af of diegene naast me Matthew was. Dat was natuurlijk ook nog waar. Matthew en zijn nieuwe kapsel.
Naast me was nog een stoel vrij. Wel viel op dat er een kaartje op rustte met 'gereserveerd' erop. Nou ja, het zal wel. Een paar jongens keken achterom. Sommige trokken gekke bekken en vonden het belachelijk dat ik er ook bij was, maar de meerderheid vroeg zich blijkbaar af waarom ik hier was. Ik zou het ze best uit willen leggen. Dat mijn moeder overleden is, mijn vader een ‘minder fijn' persoon is en ik door alle ellende hier terecht ben gekomen. Maar ja, daar had ik het lef nou eenmaal niet voor. Ik zuchtte. Wie had ooit gedacht dat ik als enige meisje, op de vrouwelijke conciërge na, tussen duizenden jongens zou zitten? Sowieso één jaar lang. Oké, ik moest toegeven dat het wel tof is om een keer aandacht te krijgen van één of meerdere jongens. Ik wist zeker dat een paar hippe meiden van mijn vorige school hier een moord voor zouden doen, maar ik voelde me hier niet op mijn gemak bij. Dit was echt niks voor mij. Doe mij maar gewoon normaal. Ik op de achtergrond en nergens last van hebben, no boys. Maar hier leek de wereld juist anders. Alles upside down. Ik in het middelpunt. Iedereen keek me aan. Ik voelde de blikken gewoon in me prikken. Er kwam weer zo'n misselijk, vreselijk gevoel naar boven. Ik voelde gewoon dat ik rood werd, want ik had het enorm heet. Maar toch was er ergens heel diep wel een lichtpuntje. Alle jongens hier hadden hun eigen verhaal, net als ik. Alleen jongens uitten het gewoon amper. Waren ze dan niet 'cool' genoeg tegenover hun vrienden? Er waren genoeg vragen sinds ik hier was, maar het meest was ik benieuwd naar het verhaal van Matthew. Waarom zou hij hier zitten? Hij werd wel eens lastig gevallen, dat was nu wel duidelijk, volgens mij was hij net zo kwetsbaar als mij, maar wat zou zijn verhaal zijn?
‘Jong en lui, mag ik even jullie aandacht?’ hoorden we opeens.
Het was een man die vooraan de zaal tegen ons sprak door middel van een microfoon. Een jongens uit de zaal begon heel overdreven hard te lachen.
‘Ha-ha, wat een LOL’ riep hij.
Het klonk nogal sarcastisch. Ik lachte zacht en keek naar Matthew die zijn grijns ook opzette. ‘Jongeman, wil jij straks even bij me komen?’ zei de man veeleisend.
‘Man wat zijn ze hier streng’ fluisterde ik tegen Matthew, die het volledig met me eens was. ‘Nu zou ik graag verder willen gaan zonder enige irritatie van iemand hier in de zaal. Betrap ik je? Dan ben je de klos’ ging de man verder. Oké, ze moesten natuurlijk wel orde houden, maar kom op, dit is de eerste schooldag!
Er kwam een man naast me zitten. Hij keek me aan. Ik wilde hem wel groeten maar durfde niet. Ik knikte naar hem en draaide van verlegenheid meteen mijn hoofd om naar Matthew. Daarom lag er dus zo'n kaartje op de stoel. Nu viel het me pas op dat er door de hele zaal oudere mensen zaten. Waarschijnlijk om toezicht te houden. Nou ja, waarschijnlijk? Ik wist het wel zeker!
‘Welkom op onze school. In mijn presentatie aan jullie laat ik diverse onderwerpen naar voren komen. Onder andere de regels, die erg belangrijk zijn en eventuele uitstapjes enzovoort. Ik wil dit graag in een uur doen, dus ik zou het fijn vinden als jullie zouden willen meewerken,’ ging de man verder.
Dit zou een lang uur worden, was ik bang.
‘De regels...’
‘...Kauwgom absoluut niet toegestaan, iedereen ligt om tien uur in bed, geen overlast voor de andere personen, denk dus niet alleen aan jezelf, geen contact met meisjes of vrienden buiten deze school, het hele plein is afgezet en het hek zit vijf dagen per week dicht, te laat in de les betekend strafwerk, geen muziek, mobieltjes en ander technologisch spul in de les, maar dat is logisch..’ er volgden allemaal regels. Dingen die niet mochten.
‘En nu de dingen die wél mogen’ riep ik door de zaal heen.
Iedereen werd stil, keek om en zag dat ik het zei. Alle jongens schoten in de lach. Op een paar 'lievelingetjes' na die geschokt leken van mijn opmerking. Iedereen begon door elkaar te praten.
‘Gedist ouwe!’
‘Lekker Amy’
Opeens durfde iedereen iets te zeggen.
Hierna realiseerde ik me wat er nou eigenlijk uitgefloept was. Matthew keek me verbaasd aan. Waarschijnlijk had hij dit niet van mij verwacht. Ikzelf trouwens ook niet.
‘Zei ik dat? En hardop?’ ik werd rood.
Dit wilde ik niet eens, maar hoe kwam het? Matthew knikte. Ik kreeg een klopje op mijn schouder van iemand achter me.
‘Jongedame, ik spreek jou zo en als je niet op komt dagen heb je een nog groter probleem’ de man leek niet erg blij.
Ik zag onweer schokken in zijn blikken staan. Ik werd bang, mijn hart begon steeds sneller te kloppen.
‘Dat had je beter niet kunnen zeggen’ zei de man boos.
Emiel keek me lachend aan. Ik hield mijn schouders op en zakte langzaam van mijn stoel naar beneden. Ik voelde met mijn handen aan mijn wangen. Gloeiend heet waren ze.
Nadat alle regels en mededelingen geweest waren wenste de directeur ons nog veel succes op deze school.
‘Verpest het hier niet’ waren zijn laatste woorden. Hij maakte een gebaar dat iedereen weg kon. Iedereen stond op en liep de zaal uit. Matthew en ik liepen ook door de menigte heen. Vlak achter me liepen Emiel en zijn vrienden.
‘Weet jij soms waar ik heen moet?’ vroeg ik aan Matthew.
‘Voor wat?’ vroeg hij.
‘Voor wat er net gebeurde’ antwoordde ik hem langzaam.
Ik shakete helemaal.
‘Nope’ Matthew schudde zacht en kort zijn hoofd. Ik liep achteruit, zodat ik naast Emiel liep. Ik geloofde dat hij hier al een paar jaar zat, dus hij kon me niet wijs maken dat hij nog nooit bij die man, de directeur, hoefde te komen.
‘Hé, lady’ groette hij. ‘Dat was, ehm..’ een vriend van Emiel zocht naar woorden om een gesprek met me proberen te voeren.
‘Ja?’ glimlachte ik.
‘Moedig van je’ vond hij uiteindelijk.
‘Nou ja, zo blij ben ik er niet mee hoor’ antwoordde ik.
‘Zo bedoel...’ hij werd rood.
‘Maakt niet uit’ onderbrak ik hem.
Een andere jongen moest lachen.
‘Waar moet ik heen om met die gast te praten?’ vroeg ik aan Emiel.
‘Als we de zaal uit zijn loop je naar rechts de gang door. Je loopt helemaal door naar het einde. Dan vindt je vanzelf een deur met 'directie' erop’ vertelde Emiel.
‘Oké’ wist ik alleen maar te zeggen. Ik ging weer naast Matthew lopen.
‘Weet je het?’ vroeg hij.
‘Ja’ ik keek naar de grond.
Eindelijk waren we de zaal uit.
‘Ik ga vast naar boven, oké?’ vroeg Matthew. Ik knikte, terwijl hij wegliep.
‘Sterkte’ wenste Emiel me toe. Ik wilde de gang inlopen, maar draaide me toen weer om.
‘Kan je niet mee?’ vroeg ik.
Ik wist dat het klonk alsof ik bang was, maar dat maakte me niks uit. Niemand kende me...
‘Ja, dan kan wel’ Emiel liep naar me toe.
‘Dankje’ ik was opgelucht.
‘En wij dan?’ de vrienden van Emiel stonden jaloers te kijken.
‘Ach ja, samen staan we sterker’ lachte Emiel. Met z'n alle liepen we de gang door.
Snel vroeg ik nog of de directeur hatelijk was.
‘Gewoon netjes blijven’ antwoordde één van de jongens. Nou, dat was niet zo moeilijk. Ik durfde in het bijzijn van meerde mensen wel een opmerking te maken, maar als ik met één iemand oog in oog stond, ging alles veel moeilijker. Ik keek vaak weg of stotterde. Ik vond het al knap van mezelf dat ik makkelijk met deze jongens een gesprek kon voeren. Ik was gewoon een onzeker meisje, omdat ik zoveel zweeg kwam er soms iets onverwachts uit mijn mond. Maar ja, ik moest natuurlijk wel een goede eerste indruk van mezelf achter laten, want misschien maakte ik hier wél echte vrienden. 'Echte vrienden leer je kennen in moeilijke tijden' zei mijn oma altijd. Dit zou wel eens waar kunnen zijn, want iedereen hier had zijn eigen verhaal en maakte moeilijke dingen mee. Als alles maar mee zit gaat alles veel makkelijker, maar als je een moeilijke tijd tegemoet gaat en hulp van iemand verwacht, laten ze je stikken. Ik was er zeker van dat, dat hier het geval niet was.
‘We zijn er’ zei Emiel.
We stonden voor een deur met de letters 'directie' erop. Ik ademde heel diep in en zuchtte lang.
‘Moet ik mee naar binnen?’ vroeg Emiel vriendelijk. Nee, dit was niet zijn probleem. Ik moest het echt zelf doen.
‘Nee, bedankt’ antwoordde ik.
‘We wachten hier op je’ zei een jongen.
‘Als hij iets gemeens doet gil je maar, dan komen wij je redden’ zei weer iemand anders. ‘Jongens, laat haar nou’ Emiel liet hen hun mond houden.
Mijn hart ging tekeer. Ik klopte met een bevende hand op de deur.
‘Binnen’ hoorden we een stem aan de andere kant van de deur. Ik keek om naar de jongens. Ik slikte en opende de deur.
Na een paar seconden stond ik al aan de andere kant van de deur. Wat moest ik zeggen? Hallo of goedemiddag?
‘Goedemiddag’ koos ik maar. Dat klonk netter. Ik zag een andere jongen van mijn leeftijd aan een tafeltje in de hoek zitten. Volgens mij was het de jongen die ook een opmerking maakte in de zaal. Gelukkig, ik was niet de enige.
‘Jongedame, ga zitten’ de directeur, die achter zijn bureau zat, keek me aan en zette zijn leesbril op het puntje van zijn neus. Ik volgde zijn bevel op en ging op één van de twee stoelen voor het bureau zitten. Nu haalde de directeur de andere jongen er ook bij. Terwijl hij naast me op de andere stoel ging zitten pakte de directeur pen en papier.
‘Naam?’ aij keek de jongen aan.
‘Nicolas’ Antwoordde de jongen die blijkbaar Nicolas heette. De directeur keek hem recht in zijn ogen aan.
‘Zo, Nicolas heeft geen achternaam?’ ik wist niet of hij grappig probeerde te zijn of een sarcastische rotopmerking maakte.
‘Breukelen’ antwoordde Nicolas sloom. De directeur noteerde zijn naam.
‘En jij?’ hij keek me aan.
‘Amy Wayn’ mijn stem klonk schor. Ook dat noteerde hij.
‘Om wat voor reden denk je dat je hier bent,’ de directeur spiekte op zijn blad ‘Nicolas?’ ‘Omdat u 'jong en lui' zei en ik daarom moest lachen’ ik snapte niet hoe Nicolas zo relax kon blijven, terwijl ik zat te shaken.
‘Dat klopt, maar je hebt het wel ietsje té lollig aangepakt, vindt je niet?’ nadat hij dit gezegd had schreef hij weer wat op zijn papier. Ik probeerde het te lezen. Probeerde grappig te zijn, las ik. Oké, dit was echt dom? Wie probeerde hier nou grappig te zijn. Hij met zijn 'jongen en lui' of Nicolas die er net even iets te overdreven om lachte? Ik zei er maar niks van. Ik had geen zin in meer problemen en tenslotte durfde ik het niet eens. Ik keek een keer opzij naar Nicolas. Hij had chocola bruin haar. Het was kort van achter, maar voor had hij een kuifje. Zijn ogen waren ook bruin. Ik zou hem jonger schatten dan hij is, dacht ik. Ik vond hem schattig en had de neiging om hem over zijn bol te aaien.
‘En dame, is het interessant?’ ik was weggezonken in gedachten. De directeur en Nicolas keken me aan. Ik knikte.
‘En waarom denk jij dat je hier zit?’ vroeg de directeur, terwijl hij me aankeek.
‘Ik maakte ook een opmerking die eigenlijk niet nodig was’ ik vond mezelf zelf overdreven beleefd klinken.
‘En daar heb je spijt van?’ vroeg de directeur. Ik knikte.
‘En hoe zit dat met jou meneer?’ de directeur keek Nicolas aan. Hij verwachtte het antwoord ja al. Ik zag Nicolas nadenken. Hij stond toch niet op het punt om nee zeggen? Nee toch? Niet dat mij dat iets uit maakte, maar hij bracht zichzelf alleen nog maar meer in de problemen. Nicolas keek naar mij. mijn lippen bewogen het ja-woord zonder dat er geluid uit kwam. Ik hoopte dat hij mijn lippen zou lezen en ook ja zou zeggen. Nicolas fronste zijn wenkbrauwen.
‘Ja’ antwoordde hij uiteindelijk.
‘Dan hoop ik dat jullie er echt iets van geleerd hebben, want de eerste de beste keer dat jullie nog één keer in de problemen komen, krijg je weer met mij te maken. Laat dit dus de laatste keer zijn’ hij bracht het zo dat ik er bang van werd en ik had idee dat de volgende keer de gevolgen veel erger zouden zijn.
‘Ja meneer’ antwoordde Nicolas en ik tegelijk.
‘Dan laten we het hier bij, want ik heb geen zin om mijn tijd te verdoen met jullie twee’ hij gebaarde dat we op konden staan.
Nicolas en ik stonden op en wilden weglopen.
‘Onthoud dat dit de eerste en laatste keer is dat je hier bent geweest’ hoorden we de directeur zeggen.
Nicolas opende de deur. Opeens lag een vriend van Emiel voor onze voeten. Ik schoot in de lach. Hij had iets te dicht tegen de deur gezeten om ons af te luisteren en was toen het kantoor van de directeur ingevallen. De directeur stond op.
‘Wegwezen’ fluisterde ik. Snel verdween iedereen uit de kamer naar de gang. Ik trok de deur achter me dicht. Eenmaal op de gang gekomen, moest iedereen lachen.
De directeur schudde zijn hoofd.
‘Nieuwsgierig aagje’ ik lag nog steeds helemaal dubbel.
‘Jonge, die gast is echt niet wijs’ vond Nicolas. Ik was het met hem eens.
‘Dan laten we het hierbij, want ik heb geen zin om mijn tijd te verdoen met jullie’ imiteerde ik met mij zogenaamde 'mannenstem'. Nicolas begon te lachen. Hij was niet zo'n lieverdje dan als hij eruit zag.
‘Laten we gaan lopen, voordat hij ons hoort’ stelde ik voor.
‘Vertel ons alles’ zei weer een andere vriend van Emiel.
‘Dat kan hij beter vertellen’ lachte Nicolas en hij wees naar de jongen die binnen was gevallen.
‘Ten eerste: 'hij' heet Youri en ten tweede: ik heb gehoor problemen’ Youri krapte achter zijn oor.
‘Dat verklaart een hoop’ zei Emiel. Iedereen lachte behalve Youri.
‘Mmm, leuk!’ Youri klonk sarcastisch, maar vond het stiekem zelf ook wel grappig.
‘Vindt je het gek dat hij met zijn oor tegen de deur aangeplakt zat dan?’ lachte de andere jongen waarvan ik de naam niet van wist. Ik vergat al die namen toch weer...
‘Wat dom van ons. We hadden het gewoon kunnen weten’ Emiel sloeg zacht met zijn hand tegen zijn hoofd.
‘En nu willen we nog weten hoe het ging. Was hij wel aardig voor je? Anders stomp ik hem wel even voor je hoor’ zei Youri.
‘zegt 's werelds grootste mietje’ zei Emiel. Iedereen lachte opnieuw.
‘Jongens, pest hem niet zo’ vond ik.
‘Ik ben gewend aan mijn pijn’ deed Youri zielig.
‘Ey, ik ga die kant op’ zei Nicolas toen we de lange gang uit waren en hij keerde zijn lichaam naar rechts.
‘Doei’ zei ik hem gedag.
‘See You!’ Nicolas rende een trap op. Wij liepen verder en kwamen langs de grote zaal. De deuren stonden nog wagenwijd open. We liepen gewoon verder naar onze kamers.
‘En dan willen we nu horen hoe het ging’ zei 'meneer naamloos'.
‘O ja’ antwoordde ik en toen volgde er een heel verhaal.
We kwamen aan bij de trap en liepen hem op. Niet lang daarna kwamen we aan bij de kamer van Emiel en zijn vrienden.
‘Leuk dat ik met jullie mee mocht’ bedankte ik hen.
‘Leuk dat je mee wilde’ Emiel legde de nadruk op 'wilde' en keek toen overdreven naar zijn vrienden.
Ik lachte.
‘Zit wel goed’ ik stak mijn tong uit.
‘Mag ik nu je nummer?’ Youri had hier volgens mij al heel lang op gewacht.
‘Sorry jongens, Amy heeft geen mobiel. Ik weet het, heel triest’ loog Emiel.
‘Huh?’ ik snapte het niet, maar toen had ik het door. Waarschijnlijk zou Youri me dan de hele dag plat sms'en.
‘Nee, sorry’ ik kon mijn lach bijna niet inhouden.
‘Je mag Dior's mobiel wel hebben’ Youri keek naar zijn kamergenoot, de naamloze jongen die blijkbaar Dior heette.
‘Wat?!’ Dior wilde Youri een stomp verkopen.
‘Ik ga. Ik zie je wel weer een keer’ zei ik tegen Emiel.
‘Is goed. Straks bij het avondeten’ herinnerde Emiel me. Dat was waar ook nog. De directeur had in zijn 'toespraak' verteld dat ze elke morgen en avond gezamenlijk in de kantine zouden eten. Op het prikbord in het binnenplein hing een lijst met elke dag vier personen die de boel klaar moesten zetten om te eten. Ik glimlachte en liep toen een paar kamers verderop naar mijn eigen slaapkamer. Ik klopte op de deur en er werd meteen opengedaan.
Het verraste me niet dat Mitchel opendeed, want mijn ogen vielen al meteen op Matthew die boven in zijn stapelbed zat te gamen.
‘Is het allemaal goed afgelopen?’ vroeg Mitchel terwijl hij de deur weer sloot. Hij was blijkbaar bezig met zijn kleding in zijn kledingkast te stallen, want er lagen overal kleren op de grond. ‘Ja hoor, maar ik heb nog nooit zo'n streng iemand ontmoet’ vertelde ik, terwijl ik over de kledingstukken heen sprong op weg naar mijn bed. Nou ja, de strengste van de directeuren dan. Mijn vader telde eventjes niet mee en Mitchel hoefde alle details nog even niet te weten.
‘O, sorry voor de rommel’ zei Mitchel die zag dat ik met moeite over de berg kleren heen sprong.
‘Geeft niet’ zei ik met een knipoog.
Ik zuchtte en gooide mezelf op bed. Eindelijk een beetje rust, maa

Alle rechten voorbehouden 2005-2024 - www.verhalenlezen.nl


Verhalen

Wilt u een verhaaltje lezen uit één van de onderstaande categorieën? Klik dan gewoon op een categorie en u komt op de pagina met de verhalen van deze bepaalde categorie.

Verhalen posten

Hebt u zelf een verhaaltje geschreven? Of een onvergetelijke blunder tegengekomen, of iets anders. En je wilt er anderen mee amuseren, lezen? Met verhalenlezen.nl kan dat geen probleem zijn. Klik hier om een verhaal te posten!


Statistieken

Totaal verhalen: 5184
Totaal categorieën: 10
Totaal 23 bezoekers online