Verhalenlezen.nl - Voor al uw verhalen en sprookjes. Ook hebben we liefdes verhalen en erotische verhalen.

De geest van de waterput.

U leest om dit moment het verhaal De geest van de waterput gepost door Dany Cretioen. Dit verhaal is gepost in de categorie griezel verhalen. Wilt u een zelf geschreven, of een mooi verhaaltje posten? Klik daarvoor hier.

Wilt u terug naar griezel verhalen?
Categorie: griezel verhalen
Gepost door: Dany Cretioen
Gepost op: 2009-11-14

Verhaal:

De geest van de waterput
De geest van de waterput

Kijk, daar heb je die domme Johan weer. Heel voorzichtig kwamen er vijf kwajongens achter een paar grote wijntonnen vandaan en liepen het dorpspleintje van Watervlucht op. Johan bekeek de slecht geklede jongens eens goed.
Zit je weer tegen jezelf te praten bij je waterputje? vroeg er eentje op een kinderachtig toontje. De anderen lachten pesterig en gaven elkaar een high five. Johan haalde nonchalant zijn schouders op. Hij had zo’n erge hekel aan dat stel kwajongens maar probeerde niets van zijn ernst te laten blijken.
Ze lachten hem altijd uit wanneer hij elke dag bij de waterput zat, gebogen en met zijn handen gesloten. Ben je je denkbeeldige vriendinnetje soms aan het bewonderden? Zeiden ze dan altijd wanneer ze Johan bij de waterput aantroffen.
Johan had de waterput altijd aangezien als een groot geschenk, iets dat hem altijd begreep, zo zag hij het. De anderen bewoners van het dorpje Watervlucht vonden Johan, net als de kwajongens, een domme en excentrieke verschijning.
Dat kwam omdat Johan tegen niemand praatte behalve tegen de waterput, waar hij al vanaf zijn vijfde zeer gehecht aan was.
Soms gooiden de wonende kinderen uit Watervlucht kleine witte kiezelteentjes naar hem, mompelden wat en liepen verder.
De volwassen vermijden de waterput. Er gingen geruchten dat precies honderd jaar geleden een meisje in de waterput was gevallen en verdronken zou zijn. Ouders raadden hun kinderen dan ook vaak aan om vooral bij avond niet naar de oude waterput te gaan. Want de geest van het verdronken meisje zou elke avond, wanneer de klok twaalf sloeg, bij de put verschijnen en wachten op hulp om over te gaan. Maar de mensen zouden het zelfs voor geen goud wagen om s ‘ nachts naar de waterput te gaan. Ze zagen Johan wel aan voor iemand die zoiets zou doen.
De kwajongens gingen dreigend om Johan heen staan en balden hun vuisten. Zeg, wat denken jullie ervan om dit geval eens lekker wakker te schudden? De anderen knikten heftig hun hoofd. Johan zat nog steeds gebogen op de rand van de put.
Nu pakte een van de kwajongens ruw zijn armen beet en schudde hem met geweld door elkaar. Johan opende zijn oogleden.
Het leek of hij uit een langdurige droom ontwaakte. Voor hem stonden de jongens, wachtend op wat Johan zou gaan doen.
Johan staarde ze slaapdronken aan. Zijn ogen waren wazig. Hij wreef erdoor en nu merkte hij dat het al schemerde. Je mag hier niet zo laat zijn, weet je nog Johanna! Klonk de pesterige stem van een van de kwajongens.
Nu legde deze met een klap zijn hand op Johans schouder. Johan sloeg de hand met opzet terug. Hij perste zijn lippen hard op elkaar en balden zijn vuisten. Wacht maar, zodadelijk zullen jullie wel anders piepen, fluisterde hij.
Nu begonnen de kwajongens te lachen. Zei je dat we je de put in moeten dumpen?! Johan schudde angstig zijn hoofd.
Hij zag dat de kwajongens aan het overleggen waren. De zon was inmiddels ondergegaan en het was al vijf voor twaalf.
Nog vijf minuten en dan zou het gebeuren. Dan zou de geest van de overleden drenkeling verschijnen. De kwajongens draaiden ieder hun hoofd in de richting van Johan en begonnen hoorbaar te grijnzen. Johans hart sloeg twee malen over.
Zouden ze hem echt in de waterput duwen? Nog even en dan kon hij het verdronken meisje gezelschap houden.
Hij haalde heel diep adem en boog zijn hoofd over de rand van de waterput en keek naar beneden. Het einde was niet zichtbaar. Niet vanaf zijn positie althans. Het gat was zeker wel tien meter diep. Zo’n val zou zelfs een lange slungel al hij niet overleven. De kwajongens liepen dreigend op Johan af. Johan keek beangstigend op zijn horloge. Nog tien seconden… Hij begon bezorgd af te tellen. Bij de laatste tel voelde hij de geharde hand van een van de kwajongens op zijn linker schouder.
Johan draaide zich vliegensvlug om. Hij zat met zijn rug tegen de waterput aan. Hij kon het kille gesteente door zijn dunne jack heen voelen.
Johan dacht dat de kwajongens een grapje hadden gemaakt maar dit was tamelijk serieus. Nu kwam er nog een kwajongen bij staan en pakte zijn andere schouder beet.
Johan hing nu bijna over het gat heen.
Hij merkte dat zijn ademhaling moeizamer ging. Zijn benen begonnen te trillen. Ze doen het niet, ze doen het niet, was de enige helpende gedachte die hij nog kon verzinnen. Net toen hij dacht dat hij naar achter helde, voelde hij de prik van een vinger in zijn onderrug.
Verbaasd probeerde hij zijn hoofd om te draaien maar hij zat te dicht tegen de rand van de waterput aangedrukt.
Nu verscheen er precies boven het gat van de waterput een geestachtige verschijning van een meisje. Ze was gekleed in een witte zijde nachtjapon en haar doffe door de war zittende lange haar waaide spookachtig heen en weer.
Haar gezicht was krijtwit, haar ogen lichtgevend en ze had donkere wallen. Het was een lugubere en afschrikwekkende verschijning. Ze wees met haar magere bleke wijsvinger in de richting van de kwajongens. Jullie… Jullie hebben hem jarenlang belast met jullie fouten bedoelingen… Sprak ze.
De twee jongens die Johan vast hadden lieten hem meteen los en deinsden beangstigend achteruit. De geest keek Johan aan. Zeg maar… Zeg maar welke afschuwelijke dingen ik tegen hen moet doen, zei de geest. Johans handen beefden en er liepen voortdurend ijskoude rillingen over zijn rug.
Hij staarde naar het doodse gezicht van de geest. Je hoeft niets tegen ze te doen... Ik weet dat ze me lange tijden hebben getreiterd maar een ding weet ik zeker: ik heb mezelf dan ook erg vreemd gedragen.
Doe ze alsjeblieft geen kwaad… Ik zal vanaf nu gewoon vrienden maken en mee doen… De geest knikte. Dank je… Dankzij jou kan ik reizen naar het hiernamaals. Ik kan weg uit mijn honderd jaar oude onderaardse plaats. Nu verdween de geest in een felle witte gloed.
En zo kwam er een einde aan de legende van de verdronken drenkeling. En Johan werd nooit meer gepest.


Aantal keer bekeken: 3454
Waardering: 8.04 op 10
Geef een cijfer:

Alle rechten voorbehouden 2005-2024 - www.verhalenlezen.nl


Verhalen

Wilt u een verhaaltje lezen uit één van de onderstaande categorieën? Klik dan gewoon op een categorie en u komt op de pagina met de verhalen van deze bepaalde categorie.

Verhalen posten

Hebt u zelf een verhaaltje geschreven? Of een onvergetelijke blunder tegengekomen, of iets anders. En je wilt er anderen mee amuseren, lezen? Met verhalenlezen.nl kan dat geen probleem zijn. Klik hier om een verhaal te posten!


Statistieken

Totaal verhalen: 5184
Totaal categorieën: 10
Totaal 56 bezoekers online