De schaduwmeester deel 3.
U leest om dit moment het verhaal De schaduwmeester deel 3 gepost door Jiska M Spoelder. Dit verhaal is gepost in de categorie spannende verhalen. Wilt u een zelf geschreven, of een mooi verhaaltje posten? Klik daarvoor hier.Wilt u terug naar spannende verhalen?
Categorie: spannende verhalen
Gepost door: Jiska M Spoelder
Gepost op: 2007-9-10
Verhaal:
De schaduwmeester deel 3
“Goedendag meneer Benito,” zegt een in het zwart geklede man tegen de gevangen en vastgebonden handelaar. “Als klant van onze concurrent hebben wij u helaas moeten ontvoeren, en nu mag u de keuze maken, gaat u sterven, of verbreekt u het contract met hen en begint een contract met ons. Wij zijn het spinnengilde, een eerlijk hardwerkend,” verder komt de man niet, want de handelaar valt in. “Moordend gilde, waar ik niemand van zou inhuren, al gaven ze me geld toe, al bedank ik jullie,” Aribe Benito kijkt naar de persoon tegenover hem. “Zonder jullie had het mij veel tijd gekost om jullie te vinden, nu hebben jullie om het maar zo te zeggen jullie eigen doodsvonnis getekend.” Met een snel gebaar vallen de touwen van de handelaar af. Hij werpt zijn kleding af. “Komen jullie allemaal tegelijk, of moet ik jullie een voor een verslaan,” hij gooit een mes naar een lamp, welke knapt en de vonken spatten over de grond. “Schaduwen en duisternis zijn mijn element,” langzaam begint de voormalige handelaar te versmelten met de schemerige achtergrond. Er klinkt dan pas geluid van een vallend lichaam, en een paar mensen die in wanhoop hun kruisboog afschieten. “Mij proberen te raken in de schaduw is net zo goed te proberen als water dood te maken, iets wat niet leeft, is niet dood te maken,” zegt hij, zijn stem klinkt van verscheidene kanten. “Toch kun je de schaduwen verdrijven, als je maar de juiste wapens hebt,” zegt de man die hem bedreigde, hij begint een spreuk te prevelen. Voor hem verschijnt een grote vuurbal, die op een gebaar van hem met grote vaart door de ruimte schiet. Tegen de muur explodeert hij. De man die een moment geleden nog volledig in de schaduw verdwenen was is nu zichtbaar. Hij trekt een zwaard uit een schede op zijn rug. “Dat klopt, zo weet ik dat ik jou ook niet kan verslaan met gewone wapens, wezen van duisternis,” een woord in een vreemde taal en het wapen schijnt met een vreemd licht. “Onmogelijk, die zwaarden zijn in bezit van Ra’Zhor, die kan een simpele koopman niet bezitten, laat staan gebruiken.” De man kijkt met een gezicht waarde angst van te lezen valt naar hem. “Dan weet je nu wie ik ben, Aribe Benito is maar een van mijn vele gezichten, Ra’Zhor is mijn echte, helaas zul jij niet lang genoeg leven om dat je meester te vertellen. Als je al telepathisch met hem in contact staat, vertel hem dit maar, Ra’Zhor komt je halen,” dan vliegt de man naar voren en met een enkele slag valt het hoofd van de man op de grond. Ra’Zhor veegt het oplichtende zwaard af aan de kleding van de onbekende man, steekt het zwaard weer in de schede en loopt weg. “Soms is het te makkelijk,” denkt hij weglopend. “Vechter,” klinkt er in zijn hoofd. “Het is nog niet over, je hebt mijn gastheer vernietigd, maar ik ben er nog.” Ra’Zhor kijkt om. “Oké, jij bent de lelijkste demon die ik ooit heb gezien, en ik heb er al veel gezien. Maar ik had jou niet verwacht.” Ra’Zhor ziet hoe het wezen met hoge snelheid op hem afkomt, hij kan nog net een slag met een mes dat uit het niets lijkt te verschijnen blokkeren met zijn eigen mes. “Meester zal blij zijn als jij dood bent, zal mij goed belonen, mag dan zeker mensenvlees eten, heerlijk,” het monster kwijlt, terwijl hij zijn klauw optilt. Ra’Zhor verdwijnt en verschijnt achter het wezen, trekt het zwaard en hakt in de klauw van het wezen. “Wapens horen niet pijn te doen, waarom bijt dit zwaard zich vast in mijn vlees, mag niet, meester beloofde het,” het wezen krijst een kreet van pijn. “Jouw meester heeft geen rekening gehouden met deze twee wapens, deze twee broeders van zwaarden. Het zwaard van de zon, kan al het kwaad verdrijven, daarnaast kan het na het uitspreken van het commandowoord stralen, zolang de zon blijft schijnen. Aangezien het nu nog dag is, wens ik jou wezen van de duisternis een prettige crematie toe,” hij spreekt een woord in een vreemde taal. Het zwaard begint te stralen, met een licht zo fel als de zon. “Was vergeten te vertellen dat iedereen die erin kijkt verblind word, afgezien van de gebruiker.” Hij steekt het zwaard omhoog en laat het neervallen op het wezen, deze probeert het te ontwijken, maar het wezen blijft hangen aan zijn gewonde poot. Het zwaard hakt de poot eraf. Het wezen schreeuwt van de pijn. “Jij gaat dood, meester heeft me toestemming gegeven om de handelaar te doden, jij bent de handelaar, jij mag dood,” het wezen valt uit, en bijt Ra’Zhor in zijn arm. “Stomme zet wezen, als je slim was geweest had je mijn andere arm genomen om in te bijten, deze is zwaardloos,” zegt hij, zijn zwaard opheffend, om het neer te laten komen in het vastbijtende monster. Hij krijst van woede, en de arm komt los. Ra’Zhor springt naar achteren, nog een keer toeslaand met zijn zwaard, dit keer raakt het zwaard het wezen in zijn borst, Ra’Zhors arm slaphangend langs zijn lichaam. Het monster zakt door zijn drie poten. “Gelukkig heeft meester nu geen aartsvijand meer, mijn gif zal jou doden. Net als het andere mensen doodde, geen enkel levend wezen kan het overleven, zelfs jij niet,” zegt het wezen, terwijl het zijn laatste adem uitblaast en vergaat tot as. Ra’Zhor zakt door zijn knieën. “Dat is krachtig gif, voel nu al mijn kracht wegsijpelen,” denkt hij, een flesje uit zijn zak pakkend, en er een slokje uitnemend. Dan word het zwart voor zijn ogen en valt hij op de grond, het op de grond stuiterende flesje als laatste beeld voor zijn ogen.
“Mensen, we hebben een klant gevonden, we weten dat hij is ontvoerd door de Spinnen, waarom weten we niet, maar een vermoeden hebben we wel,” Teresa ijsbeert voor haar bureau langs. “Teresa, rustig aan, hier kon niemand wat aan doen, die Spinnen zijn overal en met geen wapen dood te krijgen. Het zijn er teveel en de mensen die niet mee willen werken nemen ze of gevangen, of ze doden ze,” Ronan pakt Teresa vast en omhelst haar. Zij duwt hem weg. “Je hebt gelijk Ronan, maar de wacht inschakelen lijkt me niet verstandig, aangezien wij ook niet helemaal zuiver zijn. Ik bedoel, wij hebben ons ook soms als dieven gedragen. En de wet overtreden.” “Dat is waar Teresa, maar maak je geen zorgen, ik denk niet dat ze de handelaar doden, hij kan ze te veel geld opleveren. Ze laten hem leven, de Spinnen zijn iets van plan, en daar hebben ze veel geld voor nodig. Hij leeft nog, dat verwacht ik tenminste,” zegt Ronan tegen haar, met een bedenkelijke blik. “Het zou fijner zijn Ronan als je het zelf zou geloven, ik zie aan je gezicht dat je het niet meent. Maar toch vriendelijk bedankt dat je het probeert, ga maar, ik moet nadenken,” zegt Teresa, Ronan wegsturend. Hij loopt de deur uit en ziet nog net hoe Teresa in huilen uitbarst. Hij blijft voor de deur staan, zodat niemand meer de deur in kan. Na een korte tijd komt Teresa uit de kamer. “Ronan, zorg jij dat wij in verhoogde staat van paraatheid zijn, het kan zijn dat het straks als ik terugkom oorlog is,” vastberaden kijkt Teresa naar Ronan. “Word voor gezorgd Teresa, er is trouwens nieuws van onze spionnen, ze hebben een paar Spinnen gevolgd naar het hoofdkwartier, en ze hebben er een overlevende gevonden, en de kleding van Aribe Benito, helaas niet de handelaar zelf, en toen ze de overlevende probeerden te ondervragen verdween hij, in het niets, geen spoor meer van hem, we weten niet wie het is, hij is in ieder geval geen Spin, en ook niet een van ons. Het signalement voldeed aan dat van de persoon die in die herberg verkondigde dat Ra’Zhor weer terug is. Die persoon zou wel eens een goede bondgenoot kunnen zijn, als we hem kunnen vinden. Hij schijnt in zijn eentje, met bijna geen gebruik van geweld, twee Spinnen te hebben overmeesterd.” “Dat klinkt inderdaad als een persoon met goede kwaliteiten, al heb ik liever iemand die korte metten kan maken met ze. Maar ik ga erop uit, om informatie te zoeken, en misschien de handelaar vinden. En ik moet gewoon een stukje wandelen. Tot later Ronan, en je weet het zorg ervoor dat mochten we aangevallen worden we gelijk terug kunnen slaan.” Ronan knikt.
“Nu komt het op mij aan, ik zal voorzichtig zijn, maar niet te, ze zullen mijn sporen wel kunnen volgen. Gelukkig weet ik waar er soms Spinnen zijn,” denkt ze, de kap van haar mantel over haar hoofd trekkend. “Mevrouw, wat doet u hier, u hoort hier niet te komen,” hoort ze terwijl ze een herberg in een donker deel van de stad binnenloopt. Een gebaar en de man zakt door zijn knieën. “Ik hoor hier wel degelijk, maar jij valt zomaar in slaap, dat is volgens mij minder slim,” zegt ze, over de slapende en nu hard snurkende man stappend. Ze stapt naar binnen en gaat aan de bar zitten. “Een bier graag, en snel,” commandeert ze de man, welke verschrikt snel een pul pakt en uit een vat een groot glas bier tapt. Teresa neemt een grote slok, en ziet dan een oude bekende verschijnen door de deur. Het is een grote man, met over zijn linker wang een groot litteken, hij draagt een bruine broek en een shirt waarvan de kleur vroeger wit was, maar tegenwoordig als grauw door het leven gaat. Ook draagt hij op zijn rug aan een leren band gebonden een bijl, een grote tweebladige strijdbijl, waar aan te zien is dat deze al vele malen gebruikt is. Hij gaat naast Teresa zitten en de kruk kraakt door zijn gewicht. “Welkom Teresa, ik heb je een tijd niet gezien, in dit deel van de stad, hoe gaat het met mijn kleine meisje.” “Treek, je weet dat je me niet zo moet noemen, wat moeten de mensen denken als ze dat horen,” antwoord zij tegen de grote man. “Die moeten dan denken wat ze willen, als ze maar weten dat ze mij of jou niet moeten gaan beledigen. Ik mag dan vrij oud zijn, maar mijn bijl is nog net zo scherp als dat hij was in de oude tijden, toen ik nog in het leger diende,” antwoord hij, zijn hand op de steel van de bijl leggend. “Mijn bijl vloert nog steeds bomen.” “Treek, niet iedere persoon is bang van je, en helaas zijn er momenteel weer mensen die de stad proberen te verpesten, ik weet niet of je het nieuws hebt gehoord, er verdwijnen zomaar mensen, niemand weet wie het doen,” Teresa kijkt Treek aan. “Ik hoorde het, ik mag dan nu wel geen soldaat meer zijn, maar ik ben nog steeds goed op de hoogte, er lopen veel mensen die nieuws hebben, voordeel van eigen land hebben, en wat is er met al die verdwijningen. Ik neem aan Teresa dat jij een vermoeden hebt wie het doen.” Teresa knikt. “Je kent ons gilde, sinds korte tijd is er een nieuw gilde bijgekomen, eentje die niet volgens de wet werkt, helemaal niet, we zijn bang dat die de mensen ontvoeren. Daarom heb ik jou nodig, jij bent nog altijd een van de meest intimiderende personen die ik ken.” Treek knikt. “Als jij er eentje hebt, dan wil ik hem wel ondervragen voor je, als wat jij zegt waar is, ben ik bang dat onze wapens toch uit het vet moeten worden gehaald.” “Wie bedoel je met we Treek, je gaat toch niet de Elite weer bij elkaar roepen, dat is een onmogelijke taak,” verbaasd kijkt ze naar Treek. Deze knikt. “ We hebben al te lang geluierd, ik en mijn vrienden moeten weer aan de slag, we voelen allemaal een gevecht aankomen, en zijn al ons aan het voorbereiden, we hoopten ongelijk te hebben, maar aan jouw nieuws te horen meisje, moeten we toch ons voorbereiden.” “Ik ben bang van wel Treek, sorry, dat ik je dit soort nieuws moet brengen, ik had liever gewoon met je willen praten, maar dat gaat niet. Ra’Zhor schijnt trouwens ook weer in Kelte te zijn, al heeft niemand hem nog gezien. Er zijn alleen wel mensen die denken dat ze hem gezien hebben, maar dat waren speculaties.” “Ik zou hem graag terugzien, hij was misschien wel een dief, maar ook een goede vriend, en als je hem nodig had was hij er voor je,” Treek kijkt bedenkelijk naar Teresa. “Weet je zeker dat hij terug is, en niet dat die persoon rumoer wilde schoppen.” “Hij meende het, een van mijn spionnen zei dat ze de waarheid voelde, zij is onze best spion, dus als zij iets vind en zegt dat het de waarheid is geloof ik haar.” Treek knikt, en bestelt een pul bier bij de barman, die hem snel voor hem neerzet. “Toch denk ik dat het slim is als de Elite weer bij elkaar komt, en dat jij zo snel mogelijk een spin vangt, en die naar mijn land brengt, waar ik hem kan ondervragen. Dit moet wel op een afgescheiden gebied gebeuren, aangezien het niet de bedoeling is dat ze die persoon horen schreeuwen.” Treek kijkt bezorgd en toch is er een glinstering van verwachting in zijn ogen. “Ik zal zo snel mogelijk eentje vinden Treek, ik bericht je zo snel als ik er eentje vind. Ik hoop dat ik deze week er nog eentje vang, want dan kunnen we snel ontdekken wat er aan de hand is, en wat ze plannen.” Teresa neemt een grote slok uit haar pul. Staat dan op en loopt met een zwaai van haar mantel de herberg uit. De rest van haar pul over de slapende man voor de deur leeggooiend. “Dat betekent dus dat die zaak word afgehandeld, nu alleen Ra’Zhor nog vangen, als hij in de stad is.”
“Ik moet niet teveel gebruik maken van dat drankje, ik kon maar net ontsnappen,” denkt Ra’Zhor, terwijl hij op een dak van een van de huizen zit. “Gelukkig kon ik net op tijd alles meenemen, helaas zijn de kleren van Aribe verloren, maar daar kan ik niet veel over treuren, die handelaar was toch alleen maar als uitlokker. Ik kan nu weer mijzelf zijn, en hem wat lesjes leren over wat er gebeurt als je mij en mijn stad aanvalt.” Ra’Zhor staat op, en begint over de daken te rennen. “Maar eerst mijn volledige kledingspakket ophalen, Ra’Zhor is terug, en dat zal iedereen merken ook.” Hij verdwijnt om weer te verschijnen in zijn kamer. Hij opent een grote kist, en haalt daar een pak uit, hij wast zijn gezicht nog in de lampetkan en trekt dan het schone pak aan. Hij maakt het af, door een doek voor zijn neus en mond te binden en een zwarte hoed op te zetten. Hij kijkt in de spiegel en glimlacht. “Ik ben klaar, hopelijk Kelte ook, want ik ga mijzelf bekend maken,” denkt hij, terwijl hij verdwijnt in de schaduw van de kist.
Ra’Zhor kijkt over Kelte uit, en ziet de zon langzaam wegzakken achter het Terasekre-gebergte. Dan verschijnt er een schaduw achter hem. “Precies op tijd, heb je wat te melden, of is r geen nieuws over Teresa,” vraagt hij het wezen, zich omdraaiend. “Ik begrijp het, dus Teresa heeft Treek al gesproken, hem kennende heeft hij haar niets verteld, terwijl hij als Elite meer weet dan de meeste mensen. Misschien maar beter dat zij er niets van weet, zij zou of nog meer proberen mij te vinden, of stoppen met zoeken. Ik hoop alleen dat zij geen lucht krijgen van Teresa’s plan, want anders kunnen ze een groot deel van het gilde vernietigen, zonder veel moeite te doen. Dat moet ik in de gaten houden,” zegt hij tegen de schaduw. “Ik heb een nieuwe opdracht voor je, ik wil dat je de Spinnen in de gaten houd, maar doe het zo, dat ze het niet doorhebben. Dat zou namelijk rampzalig zijn.” De schaduw knikt en verdwijnt.
“Nu is het tijd, om Teresa’s plan te volgen en misschien zelfs in het water te laten vallen,” denkt hij, terwijl ook hij verdwijnt, terwijl Kelte in duister word gehuld door het vallen van de nacht.
Het is geheel donker als Ra’Zhor in Teresa’s kantoortje verschijnt, hij klimt door het raam naar binnen en begint te zoeken in haar kast. “Daar is het,” denkt hij iets uit de kast halend. Na het object te hebben gepakt, klimt hij weer net zo snel en geruisloos als hij binnenkwam door het raam naar buiten. Hij verdwijnt als een schaduw in het donker door de steegjes van Kelte.
“Raman, ik ben het, Ra’Zhor, ik heb je nodig,” fluistert hij in het oor van de wachtkapitein, in zijn slaapruimte. Raman schrikt wakker. “Wat doe je in mijn kamer, hoe laat is het, wat doe je hier,” stamelt hij, Ra’Zhor aankijkend, met een slaperige blik. “Vriend, er is een probleem opgetreden, ik ben gisteren ontvoerd, maar de gilden gaan op deze manier elkaar tegenkomen in een soort van veldslag, ik wil dat je zoveel mogelijk mensen van het Ra’Zhorgilde vastzet. En het is momenteel ongeveer 4 uur na zonsondergang, de juiste tijd om jou wakker te maken, aangezien je geen dienst hebt,” antwoord Ra’Zhor op de vragen die op hem worden afgevuurd. “Ik begrijp wel dat ik nu makkelijk te vinden ben, maar waarom nu, ik sliep, heb geen dienst, en had dus hier gebleven tot ik morgenochtend ging ontbijten.” Ra’Zhor knikt. “Klopt, maar niemand hoeft te weten dat ik hier ben, daarom doe ik dit soort dingen het liefst ’s nachts. Maar wil je dit voor me doen, Raman, het is van belang, ik weet namelijk niet hoe lang dat andere gilde ze nog met rust laat, en daarom wil ik dat ze denken dat de wettelijke macht achter ze staat. Er zijn vast genoeg leden die iets strafbaars uithalen, dit is je kans om ze te pakken.” Raman knikt. “Ik zal kijken, maar weet niet of ik je wens geheel in kan willigen, ik blijf de wettelijke macht. En moet me dus ook zo gedragen. Ik kan niet zomaar onschuldige mensen in de cel zetten. Maar als ik ook maar iets strafbaars zie gebeuren, dan reken ik ze zo snel mogelijk in.” Ra’Zhor kijkt Raman dankbaar aan. “Bedankt ,en slaap maar verder vriend, je hebt nog een paar uur, gebruik die.” Raman draait zich om en ziet Ra’Zhor niet meer verdwijnen.
“Teresa, er zijn sinds vandaag al vijf leden opgepakt, ze zijn allemaal ingerekend door de stadswacht, ik ben bang dat de Spinnen ze hebben omgekocht,” Ronan stormt haar kantoor in. Teresa vloekt. “Ook dat nog, ik ben net een plan aan het opstellen, hoe we Ra’Zhor naar ons moeten krijgen, maar ik zie eigenlijk niet veel plekken waar ze zo een plan kunnen starten. En nu missen we ook nog leden, zijn het mensen waar we veel aan zouden hebben bij het plan,” vraagt Teresa met verhardende stem. “Dat weet ik niet, dat ligt aan het plan dat jij aan het maken bent. Maar ik denk dat we tot nu toe alleen een paar zakkenrollers hebben verloren, niet echt de mensen die we gebruiken voor de meeste zaken. Ze waren vast voor zichzelf bezig, en als je dan gegrepen word, dan heb je dat wel eens. Ze komen wel vrij.” Teresa kijkt Ronan aan. “Misschien is het wel beter dat ze niet vrij komen, dan denken de Spinnen dat ze gewonnen hebben, we halen ze er wel uit, maar dat gebeurt pas later. Ronan ken jij die steeg bij de haven, die steeg die tegen de achterkant van de herberg ‘de zinkende kaper’ doodloopt? Ik denk namelijk dat we daar de plek van gaan maken.” Teresa laat een kaart aan Ronan zien, op de kaart zijn verschillende strepen getekend. Ze wijst de plek aan. “Kijk, als we deze plek nemen, kunnen we op het dak de boogschutters zetten, aan de rand een paar als bedelaars verkleedde boogschutters. Wij als overvallers, jij, Janro en ik. Erazil als het slachtoffer, en dan hopelijk trapt hij in de val.” “Teresa goed uitgedacht, behalve dit kleine deel, als we deze steeg nemen, kunnen de boogschutters de steeg inkomen van beide kanten, en de daken bezetten,” wijst Ronan aan op de kaart, Teresa kijkt bedenkelijk. “Dat is waar, maar wat als hij dan wegvlucht.” “Teresa, je kent hem beter als mij, als hij vlucht dan kun jij er ook niets aan doen, hij is dan ongrijpbaar als water.” Teresa lacht. “Dat is waar, als hij niet gevangen wil worden, word hij dat ook niet.” “Waarom proberen we hem dan daar naar te lokken, als we hem toch niet kunnen vangen.” “Omdat ik hoop dat hij wel met me wil praten, en hem dan kan interesseren voor onze zaak. We moeten de Spinnen verslaan, de ene manier of de andere. Het liefst met de oprichter aan onze kant,”Teresa slaat met haar vuist op de tafel tijdens die laatste woorden. “Je mist hem, Teresa, jij had bij hem willen zijn, je voelt je nog steeds verlaten door hem,” zegt Ronan. Teresa knikt. “Ik mis hem, maar het meeste mis ik het gevoel wat hij me gaf, ik hield van hem, ik hou van hem. Maar hij moet een reden hebben gehad om zomaar weg te gaan, anders zou hij nooit gaan. Ik ken hem, hij zou ons nooit alleen laten, zo was hij niet.” Ronan kijkt Teresa aan. “Tien jaar is een lange tijd, verandering heeft vaak minder tijd nodig. Teresa, ik denk niet dat hij nog de persoon is die jij kende, dat kan haast niet.” “Ronan, ik weet dat je veel om me geeft, maar ik zou niet zo praten over hem, hij was niet te veranderen. En ik denk dus ook niet dat die tijd zonder mij veel er aan veranderd heeft, ik ken hem, dus ik weet wat hij doet en denkt. Ik weet dat hij nog bijna hetzelfde is als hij was. Het blijft Ra’Zhor, de enige Keltiaan waar mijn hart voor is,” dat laatste deel zegt Teresa met een deel woede in haar stem, Ronan kijkt vreemd, maar loopt dan weg.
Teresa loopt haar kantoor uit, en gaat naar het binnenplein, waar ze de gildeleden verzamelt. “Beste leden van het trotse Ra’Zhorgilde, vandaag hebben we een missie, we gaan proberen Ra’Zhor te vangen, of hem in ieder geval in de val te lokken. Jullie hebben twee uur om jullie klaar te maken, en dan voor die twee uur voorbij is, jullie verdekt op te stellen in de steeg achter de zinkende kaper, wel zo dat jullie niet te zien zijn,” zegt Teresa, een stel mannen en vrouwen aanwijzend. “Jullie daar, jullie komen na die twee uur, en stellen jullie op het dak op, als hij aangekomen is, dan gaan jullie met bogen klaarstaan, alles op hem gericht, hij mag niet beschoten worden, tenzij hij aanvalt, verder alleen bedreigen, meer niet,” zegt Teresa tegen de rest, en dan loopt ze de poort van het gilde uit, denkend aan de uitkomst van haar plan.
Op het dak van het huis kijkt de geheel in het zwart geklede Ra’Zhor hoe Teresa het gildegebouw verlaat. “Dan is het nu tijd om mijn plan te laten werken, ik hoop dat het lukt voordat zij alles doet, ach twee uur moet genoeg zijn,” denkt hij. Dan verdwijnt hij met een sprong in de schaduwen.
Voor mensen die dit verhaal verder willen lezen, weet dat deel 4 al in de maak is.
Greets JMS
Aantal keer bekeken: 3361
Waardering: 5.50 op 10
Geef een cijfer:
Totaal categorieën: 10
Totaal 206 bezoekers online
Verhalen
Wilt u een verhaaltje lezen uit één van de onderstaande categorieën? Klik dan gewoon op een categorie en u komt op de pagina met de verhalen van deze bepaalde categorie.- blunders
- dieren verhalen
- erotische verhalen
- griezel verhalen
- humor verhalen
- kinderverhalen
- liefdes verhalen
- sex verhalen
- spannende verhalen
- sprookjes
Verhalen posten
Hebt u zelf een verhaaltje geschreven? Of een onvergetelijke blunder tegengekomen, of iets anders. En je wilt er anderen mee amuseren, lezen? Met verhalenlezen.nl kan dat geen probleem zijn. Klik hier om een verhaal te posten!Statistieken
Totaal verhalen: 5184Totaal categorieën: 10
Totaal 206 bezoekers online