Desi.
U leest om dit moment het verhaal Desi gepost door Christa Breems. Dit verhaal is gepost in de categorie liefdes verhalen. Wilt u een zelf geschreven, of een mooi verhaaltje posten? Klik daarvoor hier.Wilt u terug naar liefdes verhalen?
Categorie: liefdes verhalen
Gepost door: Christa Breems
Gepost op: 2007-2-25
Verhaal:
Desi
Mensen denken altijd dat wij het perfecte huwelijk hebben, hij en ik. En eerlijk is eerlijk; slecht is het ook niet. Maar “perfect� is zo’n groot woord. Dat gebruik ik niet graag. We hebben, in die vijftien jaar dat we getrouwd zijn, nog nooit echte, grote ruzies gehad. Of andere problemen. Nooit. Voordat we trouwden, was dat wel anders. Gek eigenlijk, hoe dat veranderd is. We hielden van elkaar, altijd al en nu nog steeds. Vroeger hadden we echter om de haverklap meningsverschillen. Problemen hadden we dan weer niet zo heel erg vaak. Maar als we die hadden, was het vrij serieus. En vlak voordat we trouwden, kwam ons grootste probleem. Als ik eraan denk nu, ben ik verdrietig. Helemaal kapot, eigenlijk. Niet omdat ik ermee door ben gegaan. Maar omdat ik het niet gehouden heb. Omdat ik haar pas te laat echt heb leren kennen.
Het begon allemaal zo’n zeventien jaar geleden. Ronald en ik kenden elkaar een jaar of drie, en waren net anderhalf jaar samen. We woonden net samen in een leuk appartementje. Zoals ik al zei, we hadden vaak genoeg ruzie. Niet echt ruzie natuurlijk, maar gewoon meningsverschillen. Maar altijd maakten we het weer goed. Standaard. En hoe… Laat ik het zo zeggen, het was altijd of in bed óf op de bank. Whatever… als we maar goed lagen. Nou, dan weet je waarschijnlijk wel wat ik bedoel. Tijdens één van die keren, begin maart, moet het eigenlijk wel gebeurd zijn. ’s Avonds hadden we namelijk niet echt veel tijd om ‘het’ te doen. Ik werk in een ziekenhuis, als verpleegster, en moest in die tijd nogal eens de avonddienst doen, van vier uur ’s middags tot middernacht. Dat heb je nou eenmaal, als student. En tja, als ik dan thuis kwam wilde ik vaak vooral één ding; slapen! In ieder geval, ergens begin maart moet het dus gebeurd zijn. Een week of drie later, schat ik, begon het. Ik was af en toe misselijk, en bovendien was ik zes dagen over tijd. Ik weet het nog zo goed, toen ik op drie april de drogist in liep om een zwangerschapstest te halen. Bloednerveus was ik, toen ik hem open maakte. Toen ik die streepjes zag verschijnen, flipte ik hem helemaal. Ik was verdorie net twintig, en Ronald en ik waren toch nog niet echt lang genoeg bij elkaar voor een kind. Tenminste, dat vond ik dan toch. Ronald was niet thuis, toen ik de test had gedaan. Pas een uur of drie later kwam hij thuis. In die tussentijd, heb ik eerst een tijd zitten huilen. En ik bedacht voor mezelf wat ik moest doen. Ronald vertellen dat ik zwanger was of niet? Het kind houden of niet? Zo niet, een abortus of adoptie? Maar eigenlijk wist ik onmiddellijk al dat ik sowieso geen abortus wilde. Toen Ronald thuis kwam, zag hij onmiddellijk dat er wat aan de hand was. Mijn ogen waren rood en dik, en volgens mij zaten er nog lichte strepen mascara op mijn wangen ook. Het aan Ronald vertellen was echter niet eens zo moeilijk. Want we waren dan misschien nog niet zo super lang bij elkaar, ik wist toch zeker dat hij mij niet in de steek zou laten. Nooit. En dat heeft hij ook nooit gedaan. Ronald’s antwoord weet ik nog precies. Het ging ongeveer zo;
“Dees… wat zeg je? Zwanger… jij? Hoe… hoe kan dat nou?� Glimlachend antwoordde ik: “Je was er toch echt zelf bij hoor.� Wat een cliché antwoord. Maar goed. Ronald keek even naar de grond, en krabde met zijn hand op zijn hoofd. Toen keek hij me aan, recht in mijn ogen. Glimlachend. “Dat is geweldig.�
We hebben er over gepraat toen. Lang. En allebei wisten we eigenlijk dat we er gewoon nog niet aan toe waren. We waren allebei dol op kinderen, nu nog steeds. Uiteindelijk hebben we nog twee kinderen gehad, een meisje Elise en een jongen, Sam. Maar toen waren we gewoonweg te jong. We waren allebei in de bloei van ons leven, nog aan het ontdekken wat we wilden. Dat klinkt waarschijnlijk heel erg cliché. Maar waar was het wel. Maar wat ik direct al tegen hem zei, was dat ik geen abortus wilde. Daar was hij blij om; dat wilde hij ook niet. We hadden nog acht maanden om te bedenken wat we wilden. Gelukkig. Niet lang nadat ik Ronald had verteld dat ik zwanger was, gingen we naar de dokter. Samen. Op die eerste echo, was nog niet zo heel veel te zien. Maar een tijd later, toen ik bijna tweeënhalve maand zwanger was en de echo bekeek, kon je al een klein mensje zien. En dat was zoiets speciaals. Mijn ouders en zijn ouders hebben we samen verteld dat ik zwanger was, toen ik twee maanden zwanger was. We gingen ergens eten, met z’n zessen, en ’s avonds vlak voordat we naar huis gingen, had ik eindelijk de moed gevonden om het te vertellen. Halverwege klapte ik echter dicht. Toen nam Ronald het van me over, zo lief. Hij vertelde het precies zoals ik het gezegd zou hebben. Zowel mijn als zijn ouders waren stil. Heel stil. Maar toen Ronald vertelde, dat ik het niet zelf wilde houden, werden mijn ouders woedend. Zo, verschrikkelijk was dat, stonden ze midden in dat restaurant te schreeuwen. Zijn ouder waren wat positiever; ze begrepen het wel. Uiteindelijk begrepen mijn ouders ook wel dat we er gewoon nog niet aan toe waren. Gelukkig.
Op eerste kerstdag, 1990, werd ons kindje geboren. Ik heb haar nog wel mogen zien. Het was een meisje. Een ongelofelijk mooi meisje. De adoptiefouders, hadden Ronald en ik zelf uitgekozen. Het waren twee heel lieve mensen, die zo’n half uur rijden van ons vandaan woonden. Amber en Erik, zo heetten ze. Toen mijn meisje geboren werd, wilden ze er graag bij zijn. En dat mocht. Na de bevalling, wilde ze persé dat ik haar even vast hield, en haar even bekeek. Zodat ik zeker wist dat ik haar af wilde staan, zeiden ze. Ondanks het feit dat ik onmiddellijk een band voelde met dat lieve, kleine meisje, wist ik zeker dat ik de goede keuze had gemaakt. Amber en Erik hadden echter nog één vraag voor ons. Ze wilden weten, hoe Ronald en ik het meisje genoemd zouden hebben. Want zo wilden ze haar graag noemen. Daardoor wist ik eigenlijk meteen al, dat ons kindje goed terecht zou komen. Maar ja, dat wist ik eigenlijk al zodra ik Amber en Erik voor het eerst had gezien. En ja, Ronald en ik hadden nagedacht over namen. We hadden een heel lijstje. Elise –zo hebben we uiteindelijk alsnog onze andere dochter genoemd,- Allison, Ashley, Robin, Marissa en Megan. En die laatste is het uiteindelijk geworden. Ronald heeft een foto gemaakt, van mij en Megan. En eentje van ons drieën. En dat was verder het enige wat ik van haar had. Was, inderdaad.
Want zeven jaar geleden, gebeurde er iets wat ik nooit had kunnen verwachten. Net als iedere andere week, was ik op een dinsdagavond op de club. Trainen en trainen geven. In die tijd gaf ik trainen aan een D-team, samen met Astrid. Ik zal niet zeggen dat ik nooit aan Megan heb gedacht, die jaren daarvoor. Maar ik stond er niet echt iedere dag bij stil. En zeven jaar geleden veranderde dat dus. Want die dinsdagavond, zat er een nieuw meisje in het team dat ik trainen gaf. Angelique, degene die in die tijd alle nieuwe leden voorstelde en ervoor zorgde dat ze in het goede team terecht kwamen, had mij al laten weten dat er een nieuw meisje kwam dat Megan heette. En toen ik haar zag.... Ik weet niet waarom, maar ik wist gewoon zeker dat ik haar kende. Megan was toen een lief, 10-jarig meisje. Bovendien vond ze de sport leuk, en kon ze het nog vrij goed ook! Anyway, zoals ik al zei, ik herkende haar ergens van. En die naam, dat was natuurlijk sowieso al een bekende naam. Maar pas toen ik de ouders van Megan zag, ongeveer drie weken later, wist ik het zeker. Want die ouders, waren Amber en Erik. Die herkende ik nog wel. En al die tijd, de twee keer per week dat we trainden en die ene keer dat we een wedstrijd speelden, was Megan bij me geweest. Mijn dochter was zo dicht bij me. Amber en Erik herkenden mij niet meer. Of misschien wilden ze me wel niet meer herkennen. Toen ik Ronald vertelde over Megan, wist hij in eerste instantie niet zo goed wat hij daarmee moest. Ja, hij dacht aan haar. Maar we konden nu moeilijk vadertje en moedertje gaan spelen; ze had al ouders. Dat was ook zo. Dus iedere keer dat ik Megan zag, kon ik haar niets vertellen. En als ze geblesseerd raakte tijdens een wedstrijd, kon ik gewoon niet tegen haar doen zoals ik tegen mijn andere kinderen deed als die geblesseerd raakten. Ik kon haar alleen helpen als coach. Niet als moeder. En dat deed pijn. Toch ben ik altijd Megan’s team blijven coachen. Ook toen mijn eigen kinderen gingen spelen, heb ik er altijd voor gezorgd dat ik Megan’s team in ieder geval kon trainen, en als Elise en Sam niet om dezelfde tijd hoefden te spelen, coachte ik haar team ook. Inmiddels dus al zeven jaar. Ze zit nu in de A. En ik weet dat ze mij vertrouwd. Ze ziet mij niet meer alleen als coach, maar ook als vriendin. Daar ben ik blij mee. Twee jaar geleden, toen ze vijftien was, overleed haar vader. Toen kwam ze bij mij, om te praten. Dat vond ik zo speciaal. Maar zo kwam ik dus wel meer en meer te weten over haar leven.
Maar twee maanden geleden gebeurde er iets speciaals. Zelf speel ik ook nog steeds, in het tweede team van de club. Megan is er eigenlijk altijd, om te kijken. En twee maanden geleden na de wedstrijd, kwam ze naar me toe. Of ik even tijd had, als ik me omgekleed had enzo. Natuurlijk had ik tijd. Nadat ik snel gedoucht had en mezelf aangekleed en opgemaakt had, zijn we samen in de gastenkleedkamer gaan zitten, waar niemand was. Toen we daar met z’n tweeën zaten, begon ze te praten. En het gesprek wat we toen hadden, leidde uiteindelijk tot één van de gelukkigste momenten in mijn hele leven. Megan begon te vertellen over Erik en Amber. Dat ze wist dat ze geadopteerd was, al haar hele leven lang. Maar dat ze pas sinds haar stiefvader overleden was, nieuwsgierig was geworden naar wie haar biologische ouders waren. Om een heel lang verhaal kort te maken; Megan had aan Amber gevraagd wie haar biologische ouders waren. Na een lange tijd en veel ruzie erover, had Amber uiteindelijk verteld hoe haar biologische ouders heetten. Wat ze daarna tegen me zei, weet ik nog zo goed:
“Tja… toen ze… toen ze die twee namen zei, wist ik meteen dat jullie het waren. Da’s nogal logisch natuurlijk, gezien die achternaam, maar… het voelde meteen goed. Ik wist gewoon zeker dat jij echt mijn moeder was. Toen Amber dat aan mij vertelde, heb ik geen moment getwijfeld of het de waarheid was of niet.�
Toen ze dat zei…ik vond het zo lief. Ze vertrouwde ons blijkbaar goed. Vervolgens zei ze, dat ze het wel heel gek vond. Ze zei: “Weet je…Ik vond jou en Ronald, nou nog steeds eigenlijk, altijd het leukste koppel op de club.Jullie zijn altijd zo… zo klef, en zoveel samen. Je ziet gewoon aan jullie dat jullie nog steeds verliefd zijn… en dat is zo ongelofelijk leuk! Damn… weet je hoe gek het is om dat te denken, over mensen die dus je echte ouders zijn?�. Geweldig, toen ze dat zei. Het was wel gek, toen we die kleedkamer uit kwamen. Wij wisten iets, wat de rest niet wist. Zo vreemd eigenlijk. Het was heel gek, en eigenlijk ook een beetje vervelend, om de mensen op de club te vertellen dat ze de dochter van mij en Ronald was. Maar voor haar was het denk ik nog erger. Toch was ik heel blij dat ze het eindelijk wist. Heel blij. En Ronald ook.
Het is nu dus inmiddels een twee maanden geleden, dat Megan weet dat Ronald en ik haar biologische ouders zijn. Heed is veel bij mij en Ronald thuis. Elise en Sam weten sinds een week of twee dat Megan hun zus is. En ze zijn dol op Megan. De mensen om ons heen beginnen er ook langzaam aan te wennen. Megan noemt mij en Ronald af en toe ‘pap’ en ‘mam’. Niet eens expres ofzo. Maar Ronald en ik vinden het sowieso niet erg. Ik coach Megan inmiddels niet meer. Astrid nog we, samen met iemand uit het tweede team, Sandra. Ik kijk wel bijna iedere wedstrijd. Ronald ook, en Elise en Sam gaan ook meestal mee. Als Ronald en ik dan samen langs de kant staan, zie ik Megan wel eens naar ons kijken. Laatst zei ze: “Mam… uhm, Desi…. Weet je nog wat ik zei, over jou en Ronald? Dat jullie nog zo verliefd lijken altijd? Ik kon me eigenlijk niet voorstellen dat ik het nog steeds zou vinden, als ik meer bij jullie zou zijn. Maar ik ben erachter gekomen, dat ik het eigenlijk alleen maar meer ben gaan vinden.� Geweldig. Megan woont nog wel bij Amber, maar ze heeft gezegd dat ze binnenkort op zichzelf wilt gaan wonen. Ze is nog jong, zeventien, maar ik denk dat ze verantwoordelijk genoeg is daarvoor. Maar goed, dat is weer een heel ander verhaal. Ik kan niet omschrijven hoe gelukkig ik de laatste tijd ben geweest; drie geweldige kinderen, de leukste en liefste man die er bestaat, leuke vrienden… noem maar op! Ik ben heel gelukkig. En, ondanks dat ik dat altijd al wel ben geweest, heeft Megan ervoor gezorgd dat dat gelukkig zijn nog een paar graden hoger is geworden.
Aantal keer bekeken: 4864
Waardering: 7.13 op 10
Geef een cijfer:
Totaal categorieën: 10
Totaal 118 bezoekers online
Verhalen
Wilt u een verhaaltje lezen uit één van de onderstaande categorieën? Klik dan gewoon op een categorie en u komt op de pagina met de verhalen van deze bepaalde categorie.- blunders
- dieren verhalen
- erotische verhalen
- griezel verhalen
- humor verhalen
- kinderverhalen
- liefdes verhalen
- sex verhalen
- spannende verhalen
- sprookjes
Verhalen posten
Hebt u zelf een verhaaltje geschreven? Of een onvergetelijke blunder tegengekomen, of iets anders. En je wilt er anderen mee amuseren, lezen? Met verhalenlezen.nl kan dat geen probleem zijn. Klik hier om een verhaal te posten!Statistieken
Totaal verhalen: 5184Totaal categorieën: 10
Totaal 118 bezoekers online