Herfstvakantie.
U leest om dit moment het verhaal Herfstvakantie gepost door Kim. Dit verhaal is gepost in de categorie kinderverhalen. Wilt u een zelf geschreven, of een mooi verhaaltje posten? Klik daarvoor hier.Wilt u terug naar kinderverhalen?
Categorie: kinderverhalen
Gepost door: Kim
Gepost op: 2008-12-30
Verhaal:
Herfstvakantie
Het is twaalf uur, de school is uit. “Eindelijk hebben we herfstvakantie!” roept Stef. “Jan, zullen we vanmiddag met jou, Freek en Bart een hut gaan bouwen in het bos op ons geheime plekje?” vraagt Stef. “Ja, gaaf!” antwoordt Jan, “mijn vader heeft nog heel veel hout in de schuur liggen, dat mogen we vast wel gebruiken. Ik zal wel even aan Bart en Freek vragen of ze ook mee gaan.” Jan rent naar ze toe en vraagt of ze mee willen. Nou, dat willen ze maar al te graag! Ze spreken met zijn vieren af dat ze om half twee op hun geheime plekje in het bos zijn.
Het is half twee. Jan heeft heel veel hout van zijn vader mee. Stef heeft wat spijkers en een hamer en Freek en Bart hebben oude stoelen en tafels die ze in de hut mogen zetten. “Kijk in die boom daar zit een open plek, daar kunnen we een grote hut in maken! En dan maken we ook een ladder en aan die tak hangen we een schommel” zegt Freek. Dat vinden ze allemaal een erg goed idee. Bart zegt: “Zullen we eerst met zijn vieren de hut maken? Dan kunnen we als die klaar is de ladder en de schommel maken, maar ik denk dat we dat niet vandaag af krijgen.” “Ja, dat is goed”, zegt Stef. IJverig gaan ze aan het werk. Aan het eind van de middag hebben ze de hut helemaal af! Stef zegt: “We moeten alleen nog de ladder en de schommel maken, maar het lijkt me ook wel leuk om de hut nog te verven!” “Ja, dat is een goed idee!” zegt Bart, wij hebben thuis nog heel veel verschillende kleuren verf. “Kunnen jullie dan ook morgen weer aan de hut werken?” Iedereen kan, want het is dan ten slotte ook zaterdag!
Het is zaterdag. Freek, Bart, Stef en Jan staan bij de hut. Ze spreken af wat ze als eerst afmaken. “Als Bart en Freek de ladder maken, dan maken Stef en ik de schommel” zegt Jan.
“Ja, dat is goed” zegt Bart, “dan kunnen we daarna de hut met zijn vieren verven. Ze werken hard door en tussen de middag hebben ze alles al af! De hut is heel mooi geworden. Ze hebben de hut zo geverfd dat je hem bijna niet in de boom ziet. Jan zegt: “Mijn moeder heeft thuis pannenkoeken voor ons. Lusten jullie dat?” “Ja, natuurlijk!” roepen ze in koor. Ze rennen met Jan mee naar huis. Daar staan de heerlijke pannenkoeken al klaar. “Ga maar snel aan tafel zitten” zegt Jan zijn moeder, “de pannenkoeken zijn nu nog lekker warm.” Ze smullen ervan en de hele stapel komt op!
Verzadigd lopen de vier jongens weer terug naar de hut. Plotseling horen de jongens een jankende hond, maar ze zien niets. “Hé, daar ligt hij!” roept Freek. Nu zien de andere drie het ook en ze rennen erheen. “Kijk, hij bloedt”zegt Bart. Stef pakt voorzichtig het hondje op en bekijkt het pootje dat bloedt. Hij zegt: “Ik denk dat we hem naar een dierenarts moeten brengen, maar ik weet er geen één in de buurt. “Jawel hoor, er is er één ongeveer drie kilometer hier vandaan” zegt Jan, “kom, dan halen we snel onze fietsen op!” Ze halen allemaal hun fiets op en Stef heeft een doos meegebracht waar het hondje in kan liggen. Ze fietsen er heel snel heen en ze zijn gelijk aan de beurt. Ze vertellen de dierenarts wat er is gebeurd. Hij zegt: “Ik zal er even naar kijken, jullie mogen even in de wachtkamer wachten. Na een kwartier komt de dierenarts weer bij ze met het hondje. “Hij is weer bijna helemaal de oude, maar hij moet het nog wel even rustig aan doen.” Snel fietsen de jongens blij naar het huis van Jan. Ze vertellen het verhaal in geuren en kleuren aan zijn moeder. “Maar jullie moeten er nu nog wel achter komen wie zijn baasje is” zegt ze. “Ja” zegt Bart, “dan kunnen we wel posters op hangen.” Ze maken heel veel posters op en nu moeten ze wachten totdat het baasje komt. Freek neemt het hondje zolang mee naar huis.
Het is zaterdag, de jongens zijn weer bij hun hut. Er is al een maand voorbij, maar er is nog niemand voor het hondje gekomen! Jan zegt: “Wij mogen het hondje niet houden, jullie dan?” “Nee, wij ook niet zeggen Bart en Stef.” “Jij dan, Freek?” vraagt Stef. “Ja, wij mogen wel een hond” zegt Freek. De jongens besluiten dat Freek het hondje houdt. “Dan spelen we er gewoon elke zaterdag mee” zegt Bart. “Zo lijkt het net of hij een beetje van ons allemaal is!” Dat vinden ze allemaal een goed idee. “Hoe ga je hem noemen, Freek?” vraagt Jan. Freek zegt: “Daar mogen jullie over meebeslissen.” Ze denken even na. Jan zegt: “Snuf is wel een leuke naam!” “Nee”, zegt Bart Wolf is veel leuker. Stef zegt: “Wat dachten jullie van Spoetie? Het is een klein hondje dus moet je hem geen Snuf of Wolf noemen.” Dat vinden ze allemaal een erg leuke naam. Zo spelen ze nog iedere zaterdag met Spoetie bij hun hut en hopen ze nog veel avonturen te beleven.
Aantal keer bekeken: 4923
Waardering: 7.32 op 10
Geef een cijfer:
Totaal categorieën: 10
Totaal 331 bezoekers online
Verhalen
Wilt u een verhaaltje lezen uit één van de onderstaande categorieën? Klik dan gewoon op een categorie en u komt op de pagina met de verhalen van deze bepaalde categorie.- blunders
- dieren verhalen
- erotische verhalen
- griezel verhalen
- humor verhalen
- kinderverhalen
- liefdes verhalen
- sex verhalen
- spannende verhalen
- sprookjes
Verhalen posten
Hebt u zelf een verhaaltje geschreven? Of een onvergetelijke blunder tegengekomen, of iets anders. En je wilt er anderen mee amuseren, lezen? Met verhalenlezen.nl kan dat geen probleem zijn. Klik hier om een verhaal te posten!Statistieken
Totaal verhalen: 5184Totaal categorieën: 10
Totaal 331 bezoekers online