Verhalenlezen.nl - Voor al uw verhalen en sprookjes. Ook hebben we liefdes verhalen en erotische verhalen.

With(out) you.

U leest om dit moment het verhaal With(out) you gepost door Renée Bainczijk. Dit verhaal is gepost in de categorie liefdes verhalen. Wilt u een zelf geschreven, of een mooi verhaaltje posten? Klik daarvoor hier.

Wilt u terug naar liefdes verhalen?
Categorie: liefdes verhalen
Gepost door: Renée Bainczijk
Gepost op: 2006-12-15

Verhaal:

With(out) you
Life with(out) you.

Het was een sombere koude ochtend. De lucht was lichtblauw maar de donkere regenwolken bedekte zijn heldere kleur. De deur bij de familie teunisse ging open en een meisje met donkerblond haar kwam naar buiten gehold. Het leek of ze haast had want ze gooide de deur met een smak dicht en begon te rennen. Het fijt dat het een koude ochtend was leek niet bij het meisjes verstand te komen want ze rende zonder jas verder. Haar pony die voor haar ogen hing irriteerde haar mateloos en ze veegde ze woest uit haar gezicht vlak.
Toen ze de bushalte zag klaarde haar gezicht op en begon ze harder te rennen. Ze was net op tijd voor de bus want hij arriveerde op het zelfde moment aan als het meisje.
Toen het meisje haar strippenkaart liet afstempelen ging ze een plaatsje zoeken. Het was niet druk in de bus maar er was geen plaatsje waar ze alleen kon zitten, dus ging ze maar naast een meisje met lichtbruin haar zitten.
Ze staarde somber voor zich uit. De bus ging te langzaam. Ze moest binnen nu en 10 minuten bij het vliegveld aanwezig zijn. De bus stopte bij een andere bushalte. Een oude vrouw stapte uit. De bus ree weer verder. Het meisje met lichtbruin haar liet haar cola per ongeluk omvallen. ‘Shít!’ Mompelde ze. Ze pakte wat zakdoekjes en begon de Cola op te vegen.
’Ik help je wel!’ Zei ik. Ik pakte wat zakdoekjes en hielp het meisje. Weer stopte de bus. Snel keek ik op of we nog niet bij het vliegveld waren. Het was maar een stoplicht. Ik ging verder met het opruimen van de Cola. Toen we klaar waren gooide we de vuile becolade zakdoekjes weg. Het meisje bedankte me.
-
’Hoe heet je eigenlijk?'
'Lou, en jij?'
'O ik heet Marit.' Zei het meisje.
'Waar ga jij naar toe?' vroeg Marit.
'Ik ga naar het vliegveld.' Zei ik. Ik keek even naar buiten om te zien of we er nog niet bijna waren.
'Ik moet ook naar het vliegveld. Een vriend van mij komt terug, en ik wil hem graag als eerste zien.' Zei Marit. 'En waarom moet jij naar het vliegveld? het lijkt er niet op datje weg gaat want je hebt geen bagga-'
'Een goede vriend van mij gaat weg en ik wil hem gedag zeggen.' Zei ik een beetje kort af door Marits zin heen. Even schrok Marit van de Reactie van ik maar keek toen weer uit het raam. Ik keek zenuwachtig op haar horloge.
'He we zijn er!' Zei Marit.
Mijn gezicht klaarde op en de bus was nog niet eens gestopt of ik stond al bij de deur van de bus. Marit stond langzaam op en ging bij mij staan.
'Hopelijk tref je hem nog.' fluisterde Marit tegen mij. Ik keek haar met een blik van 'hoe weet jij dat nou?' aan maar knikte naderhand en bedankte haar.
'Hopelijk tref ik jou ook nog eens!' Zei Ik tegen Marit.
'Ik hoop het ook.' Marit. Toen de deur van de bus open ging sprong ik naar buiten en rende naar het vliegveld. Marit liep op haar eigen tempo achter Lou aan.
-
Ik rende naar de Balie toe en vroeg naar het vliegtuig dat naar Duitsland leidde. De vrouw legde mij uit hoe ik daar naar toe moest lopen. Zonder gedag of bedankt te zeggen rende ik verder. Nog ongeveer 2 minuten had ik. Ik versnelde mijn tempo. Zo snel dat het pijn deed, maar mijn bewust zijn merkte het niet eens.
Ik zag mijn vriendinnen al staan.
'Bo, Robin, Yara!!' Riep ik, ik kwam langzaam tot stilstand.
Alle 3 de meiden draaide zich om naar Marrit.
'Haajj wijffie!' Zei Bo
'Ben je toch gekomen!' zei Yara. Robin liep op mij af en gaf me een knuffel.
'Jah' Hijgde ik. 'Ik moest gewoon komen.' Zei ik. Nu was het de buurt aan Yara om Lou een knuffel te geven.
'Ben ik nog op tijd?' Vroeg ik onzeker. De stemmingen van alle 3 de meiden veranderde.
'Lou...' Zei Bo. De manier waarop ze het zij maakte duidelijk dat ik te laat was. De tranen sprongen in mijn ogen.
-
'Lou?' Zei een jongensstem. Ik draaide me om. Achter mijn betraande gezicht kwan een lach te voorschijn, een lach van blijheid en ongelovigheid.
'Tom!?' fluisterde ik zacht. Bo wenkte de andere meiden dat ze aan de kant moesten gaan en Tom en Lou alleen moesten laten.
'Het komt wel goed!' Fluisterde Bo in mijn oor. Ik glimlachte dankbaar en richtte haar blik weer op Tom.
Tom legde zijn tas neer op de grond maar bleef staan waar hij stond.
'Tom ik-' Ik stopte even met mijn zin. Ik sloeg mijn ogen neer naar de grond.. Een traan rolde over mijn wang.
'Tom het spijt me.' fluisterde ik tegen de grond.
'Sst niet praten. Niet nu.' fluisterde Tom tegen mij en legde zijn handen op haar armen. Even schrok ik want ik had niet gehoord nog gezien dat Tom naar mij toe was komen lopen.
'Maar Tom.. het spijt me. Het was mijn schuld..ik-'
'Sstt' zij Tom weer en hij legde zijn vinger op mijn mond. 'Het spijt mij ook.
Ik keek in Tom's ogen. Ik deed moeite om mijn tranen in te houden.
'Ga je echt weg?' Kreeg ik er met moeite uit.
'Het spijt me... maar ik moet echt gaan.' Zei Tom en hij gaf mij een zoen op haar hoofd.
'Kan ik niet met je mee?' Vroeg ik, De wanhoop in mijn stem kon ik niet achterlaten.
'Je kan mee.' zei Tom. Ik werd al wat blijer bij de gedachten.
'Maar je mag niet... van mijn manager. En je zou toch niet veel met mij om kunnen gaan. Ik bedoel ik zal tijd vrij voor je maken, altijd! Maar het is mijn werk en ik kan de band niet zomaar laten vallen.' Zei Tom. Nu keek hij naar de grond. Ik bleef hem priem aankijken.
'Oh ik snap het.' Zei ik teleurgesteld. Ik maakte zich los uit de greep van Tom.
'Dan veel succes, en kom snel terug.' Zei ik somber en ik draaide zich om naar mijn vriendinnen.
'Lou!..' Zei Tom nog. Meer zij hij niet. Woede, woede kwam in mij op. Hij deed niet eens zijn best om mij bij hem te laten?
Ik draaide me nog om, om wat te zeggen maar toen ik zag dat Tom zijn tas al had gepakt en zich had omgedraaid naar de ingang voor het vliegtuig, hield ik mijn mond. Ik voelde me slap worden en de tranen stroomde weer over mijn wangen.
Bo legde een hand op mijn schouder.
'Kom op Lou... het is nog niet te laat.' zei ze. 'Het komt wel goed.'
Ik veegde de tranen van mijn gezicht af. Kom op Lou raap jezelf bij elkaar. Dacht ik bij mezelf. Ik haalde diep adem.
-
'TOM!' riep ik en ik begon te rennen. Verbaasd draaide Tom zich om. 'Lou!' fluisterde hij. Zijn gezicht klaarde op. 'Lou' zei hij nu harder en blijer. Hij sperde zijn armen open.
Ik rende op Tom af en sprong in zijn armen.
'Het maakt me niet uit dat je weg gaat.'Zei ik. 'Als je maar weer terug komt. Onze liefde is voor altijd.' Zei ik tegen Tom. Tom knikte.
'Tom.. ik kom je zo vaak mogelijk opzoeken. Ik zal er voor je zijn als je me nodig hebt.'
'Ik ook voor jou Lou!' zei Tom. 'Ik zal zo vaak mogelijk schrijven en-' Tom kon zijn zin niet afmaken want ik drukte mijn lippen op de zijne. Even wist Tom niet wat hij moest doen. Hij twijfelde. Maar legde toen zijn armen op mijn onderrug en zoende me terug.
'Tom schiet je nou nog op!?' Riep Brian naar Tom. Tom keek mij aan. Ik wenkte dat hij moest gaan.
'Ik bel je zo snel mogelijk als ik aangekomen ben. oké?' Zei Tom.
'Is goed.' Zei ik. Ik gaf Tom nog een laatste zoen.Een korte zoen. Geen afscheidsoen maar een zoen vol liefde. Tom pakte zijn tas en liep naar Brian toe. Hij gaf mij nog een kus handje en draaide zich om. Zo sexy wanneer hij dat deed.
Ik bleef kijken naar de gate to dat ik Tom niet meer zag.
'Lou kom! Dan kijken we hoe het vliegtuig opstijgt.' Zei Yara. En ze trokken me weg van de plek waar Tom mij had achter gelaten.
-
5 minuten later kwamen we bij een ruimte aan waar je uitzicht had over bijna de hele landingsplaats van het vliegveld. Toen ik hem niet meer zag veranderde mijn stemming. Was het toch de goede keuze?
'Wow moet je dit zien!' Zei Bo.
'Vet stoer man!.' Zei Robin.
De meiden waren diep onder de indruk van dit alles. Behalve ik. Ik was stil. Ik zei niks, niks vond ik er stoer uitzien. Ik bleef maar voor me uitstaren. Met een blik op oneindig in mijn ogen.
'He Lou! Is alles wel goed?' Vroeg Robin op gegeven moment.
Ik bleef voor mij uit staren.
'Was het toch wel zo'n goed idee om Tom te laten gaan?' Vroeg ik opeens. Mijn ogen vulde zich weer met tranen.
'Ach meis kom eens hier' Zei Robin en ze sloeg haar armen om mij heen. Ik legde mijn hoofd op de schouder van Robin en snikte zachtjes.
'Je kon niet anders, en je ziet hem heus nog wel. Over 3 maandjes komt hij weer terug.' Zei Robin tegen mij om haar te troosten. Maar het werkte niet. Ik wist zeker dat het niet zou gebeuren. Ik wist dat ik de verkeerde keuze had gemaakt. Al vanaf het begin dat ik hem ontmoet had. Maar hij gaf mij zo’n goed en veilig gevoel. Ik kon hem niet loslaten. En dat kan ik nu ook niet.
'Dat weet je niet.' snikte ik.'Het kan altijd uitlopen dat heeft hij zelf gezegd.'
Robin wist niks meer te zeggen. 'He kijk daar gat het vliegtuig van Tom!' Ze Yara. Langzaam liep ik met Robin naar het raam.
'Vaarwel Tom. Kom gouw terug.' Fluisterde ik tegen zichzelf.
-
We liepen samen het vliegveld af. Robin had een arm om mij heen geslagen. Yara en Bo waren in discussie over een jongetje dat ze op het vliegveld tegen waren gekomen.
’Nee hij had een rode broek aan!’ zei Yara.
’Nee dat was bordeauxrood. En hij had bretels om.’ Zei Bo.
’Nee het waren gewoon strepen op zijn bloesje.’ Kaatste Yara terug.
Robin rolde met haar ogen en richtte haar aandacht weer op Lou.
’Nog maar 1 uurtje wijffie.’ Zei ze tegen mij.
’En dan?’
’Dan belt hij je dummie!’ Zei ze.
’Hoe weet je dat nou weer?’ Zei ik doog.
’Hij zij net toch dat hij je meteen zou bellen als hij was aangekomen!?’ Zei Robin. Het begon haar een beetje op de zenuwen te werken.
Óh.’ Zei ik droog. Maar van binnen was een explosie van blijdschap .Ik kon niet wachten tot hij belde.
Ik, Robin, Bo en Yara liepen door de uitgang van het vliegveld.
'Lou?’ Zei een meisjesstem. Ik draaide me om.
’Marit!’ Zei ik vrolijk. ‘Wat doe jij hier?’
’Ik zou toch een vriend van mij ophalen. Wist je nog?' Zei Marit.
'Haha ja. Hé zullen we samen naar huis gaan' Vroeg ik en ik keek naar mijn vriendinnen of het goed was. Ze knikte allemaal instemmend.
'Oké is goed!' zei Marit. 'Dit is trouwens Kevin.' Zei ze. Ik knikte naar Kevin en hij knikte terug. Hij sloeg een arm om Marit heen en we liepen met zijn 6zen naar de bushalte om naar huis te gaan.
-
'Robin?'
'Ja Lou?'
'Hoe lang duurt, ik boedel denk je dat die reis ongeveer gaat duren?' vroeg ik voorzichtig.
'Nou meestal maar iets van 5 minuten maar aangezien we nou naar Yara gaan..' Zei Robin droog.
'Die reis bedoel ik niet!!' Zei ik. Robin keek met een grijns op haar gezicht op haar horloge.
'Toch gauw 1 uur.' Zei ze.
'Oke!' zei ik zenuwachtig. Ik sloeg mijn benen over elkaar en leunde met mijn hoofd tegen het raampje van de bus. Ik zag de huizen voorbij flitsen. Ik kreeg er hoofdpijn van dus keek ik maar naar mijn voeten.
'Dus hij zou over één uur bellen?' vroeg ik weer terwijl ik naar mijn voeten keek.
'In principe wel. Maar waarschijnlijk zou hij eerst naar zijn verblijf gaan en zijn spullen uitpakken dus dan ben je weer een uur verder.' Zei Robin en ze legde een hand op mijn schouder.
'Denk je dat hij überhaupt belt?' Vroeg ik. Ik voelde de tranen al achter in mijn ogen prikken.
'Tuurlijk wel! Hij zij hij toch. Maar je nou maar niet zo druk.' Zei Robin en ze bleef me aankijken. Toen ik niet reageerde en naar mijn voeten bleef kijken ging ze Yara en Bo uit elkaar halen die nog steeds over het ene jongetje met de rode broek en bretels aan het praten.
-
'Hé slaapkop!' Ik keek met mijn slaperige kop op en zag Marit staan. Ze had een grote glimlach op haar gezicht.
'Hoi.' Zei ik en ik probeerde te lachen. De bus stopte en Marit hielp me overeind.
’Nog cola geknoeid?’
’Nee! En dat was niet grappig!’ Zei Renée. Kevin lachte.
'Wat ben jij vrolijk!' Zei ik tegen Marit.
'Ja, ik heb zo mijn redenen.' Zei Marit. Nu pas zag ik dat ze bruine ogen had. Ze straalden. We liepen over de stoep naar Yara's huis toe.
'Gaan jullie ook mee?' Vroeg Bo aan Marit en Kevin. Marit keek naar Kevin die haar weer terug aan keek. Ze knikte instemmend en zeiden dat ze mee gingen.
Mijn telefoon trilde en ik haalde hem snel uit mijn zak. Hoopvol keek ik op het schermpje wie het was. Mijn gezicht betrok toen ik de naam zag. Met een zucht nam ik op.
'Hoi mam.' Zei ik verveeld.
'Lieverd waar ben je? Ik maak me zo ongerust hé! had je niet even een briefje kunnen achterlaten' Hoorde ik mijn moeder door de telefoon zeggen. Nog even en ze begon te hyperventileren. Vooral als ik zou zeggen dat ik afscheid was aan het nemen van Tom en dat ik hem gezoend had.
'Eh bij Yara... er was een spoedgeval dat ken je wel.' Zei ik zo neutraal mogelijk maar ik wist net als iedereen dat ik slecht kon acteren en ik wist dat mijn moeder me nooit zou geloven.
'NU! naar huis jongedame.' Zei ze door de telefoon. Nog voor ik antwoord kon geven hing ze op. 'Shít!' mompelde ik.
'Wat is er?' Vroeg Bo.
'Ik moet naar huis. Ik denk dat mijn moeder erachter is dat ik naar Tom ben gegaan.
'Shít' zei Robin. Yara zuchtte en Marit keek mijn vragend aan. 'Hoezo is dat erg?' vroeg ze. Ik gaf geen antwoord. Bo Yara en Robin keken naar de grond.
'wat?' vroeg Marit weer. Ik hoorde dat Kevin wat in haar oor fluisterde. 'O' zei Marit zacht.
'Gaan jullie maar naar Yara toe ik bel jullie nog wel op.' zei ik en ik rende zo snel als ik kon weg. Bo wou me nog achter na rennen maar Robin hield haar tegen.
-
Ik belde aan de deur en mijn moeder deed open. Ze wenkte dat ik snel naar binnen moest gaan en deed de deur dicht. Mijn vader zat op de bank met zijn handen over elkaar gevouwen en mijn broer zat op een stoel. Mijn moeder ging naast mijn vader zitten en wenkte dat ik naast mijn broer op een stoel moest gaan zitten. Ik keek mijn broer aan met een blik van 'Wat is er aan de hand'. Hij keek mij even aan en keek toen naar de grond.
'Wat is er?' Vroeg ik nu uiteindelijk hard op en ik keek mijn vader en moeder om de beurt aan.
'Wij, ik en je vader, willen niet...' even stopte ze met de zin en keek mijn vader onzeker aan. Hij knikte en mijn moeder vertelde door.
'Wij willen liever niet dat je met die Tom Moran omgaat.' Zei ze.
Ik keek ongelovig naar mijn moeder. Ik was met stomheid geslagen en wist niet wat ik moest zeggen. Hoe kon ze? waarom? Wat is er mis met Tom?
'Waarom?' vroeg ik. Ik kon de wanhoop in mijn stem niet achteren laten. Ik slikte en keek mijn vader aan.
'Waarom niet wat is er mis met hem?' Vroeg ik en ik stond op.
'Nou?' Zei ik omdat ik ongeduldig werd dat ik geen antwoord kreeg.
'WAAROM NIET?' schreeuwde ik bijna.
’Waarom niet? Waarom niet?’ Vroeg mijn vader. ‘Hij is 2 jaar ouder dan jij bent!’ zei hij. Ik wou weer wat zeggen over leeftijdsverschil dat dat niks uit maakte maar mijn vader keek mij dreigend aan en begon verder te vertellen.
’Hij is een muziekkant! Hij breekt je hart omdat hij telkens op reis moet gaan en geen tijd meer zou hebben voor jou en het ergste is nog wel dat hij een muziekkant is en die zijn altijd uit op SÉKS!’ schreeuwde mijn vader bijna. Ik keek naar de grond. Ik wist de geruchten die over Tom rond gingen in de bladen ik heb ze gelezen en mijn vader ook. Maar ik ken Tom op een andere manier en zo is hij niet!
’Nou je kent hem helemaal niet!’ Zei ik. ‘Hoe kan jij nou weten of hij uit op seks is of niet? Hoe kan jij nou weten of hij mijn hart gaat breken wel of niet? Iedere jongen kan dat doen!’ kaatste ik terug.
'Zo is het genoeg. Je ziet die jongen nooit meer PUNT UIT!' Zij mijn vader. De tranen sprongen in mijn ogen.
'NEE! dat kun je niet doen ik bepaal zelf wel wat ik wel of niet kan en doe!'Schreeuwde ik.
'Ik zij PUNT UIT! Naar je kamer nu! schreeuwde mijn vader weer en hij wees naar de deur. Ik keek hulpeloos naar mijn broer die naar de grond bleef kijken en toen naar mijn moeder. Ze negeerde mijn blik en stond op.
'Ja Lou. Naar je kamer nu.' Zei ze. Ik geloofde het niet. Hoe konden ze dit maken?
'Stelletje ASO’S!' Schreeuwde ik en ik rende de voordeur uit. Ik hoorde mijn vader nog schreeuwen dat ik terug moest komen maar ik negeerde het en bleef door met rennen.
Ik wou eerst naar Yara toe rennen zoals ik had beloofd. Maar ik rende ergens anders naar toe. Het was al 12 uur ’s middags. Ik had nog steeds geen telefoontje van Tom gekregen. Ik zuchtte en stopte met rennen. Ik was in een straat die me niet zo bekend voorkwam. Ik keek rond en probeerde me te bedenken waar ik precies was. Ik liep de straat uit en kwam bij een boom aan. Een grote boom met een oude versleten band eraan die voor schommel diende. Ik ging er op zitten en staarde in het niets. Een blik op oneindig stond in mijn ogen. Ik keek naar het gras dat langzaam mee bewoog met de wind. Je zou bijna zeggen dat het rustgevend was. Opeens zag ik een hoofd voor mijn uitzicht.
-
’Je verpest mijn uitzicht op het gras.’ Zei ik sloom en ongeïnteresseerd.
’Je moeder belde.’ Zei Robin. Ik zuchtte.
’Is het erg?’ Vroeg ik onzeker. Robin knikte. ‘Ze heeft me het verhaal verteld.’
’Heeft hij al gebeld?’ Vroeg Robin. Ze had een hand op mijn knie gelegd. Na een paar seconde schudde ik van nee.
’Kom je mee naar ons toe?’ Weer schudde ik van nee.
’Zullen we samen een ijsje pakken?’ Weer schudde ik van nee. Robin zuchtte en ging naast mij op het gras zitten.
’Weet je… het gras is erg rustgevend!’ Zei ik uiteindelijk.
’Jah.’ Zei Robin.
Stilte.
’Misschien.’ Zei ik. Robin keek op. Ik bleef even stil.
’Misschien wat?’ Ik bleef voor mij uit kijken.
’Waarom mag ik niet met hem omgaan?’
’Weet ik niet. Je moet je ouders bewijzen dat…’ Robin stopte.
’Dat hij toch een player is en uit op seks is.’ Maakte ik haar zin af.
’Je moet dat niet zeggen.’
’Maar het is wel zo.’
’Ik dacht dat je zei dat- ‘
’Ik zeg veel oké. Het zit blijkbaar in de familie!’ Zei ik kitscherig.
’Loucia!’ Zei Robin. Er kwam een grijns op mijn gezicht. Tom noemde mij ook soms zo.
‘Zo denk jij niet over Tom en dat weet je best! Je moet je ouders geen gelijk geven want dat hebben ze niet!’ Zei Robin. De grijns op mijn gezicht vertrok.
’Je hebt wel gelijk… ergens.’
’Weet ik.’ Zei Robin.
Mijn telefoon ging maar ik bleef voor mij uit kijken. Robin keek mij raar aan. Ik zag haar blik en haalde mijn telefoon uit mijn broekzak.
’Afzender niet bekend!’ stond erop.
’Nou neem op dan!’ Zei Robin.
'Het is Tom toch niet!' Zei ik.
'Maar dat weet je nooit zeker dalijk belt hij vanuit een Telefooncel!' Zei Robin.
Ik keek naar mijn telefoon. Het gerinkel is opgehouden. Robin zuchtte.
'Zie je... het was hem niet.' Zei ik en ik stopte mijn mobiel weer terug in mijn zak.
-
Opeen zag ik in de verte iemand aanlopen. Ik keek ernaar. Hij kwam steeds dichterbij. Hij kwam me ergens bekend van voor. Ik stootte Robin aan die meteen naar voren keek.
‘Shít dat is je vader!’ Zei ze. Ik keek haar ongelovig aan en keek toen weer naar de man die aan kwam lopen.
’Shít man het is echt mijn vader!’ Zei ik. Ik stond op en wou weg rennen. Toen de man dat zag kwam hij aanrennen en riep mijn naam.
’Ik lijd hem af, ren maar weg!’ Zei Robin en ze liep op mijn vader af nadat ik haar dankbaar aanknikte. Ik zette het op het lopen.
Ik rende snel het bosje in. Ik keek niet naar achteren. Ik keek niet naar voren. Ik knalde met mijn kop tegen een boom aan.
’Shít man!’ Zei ik. Ik lag op de grond en vreev met mijn hand over mijn hoofd. Dat wordt een rode bult.
Alles zit me tegen vandaag. Opeens ging mijn telefoon. Ik pakte snel mijn telefoon zonder op het schermpje te kijken en nam hoopvol op. Ik hoorde wat gekraak.
’Lou?’ Hoorde ik op gegeven moment. Ik maakte een diepe zucht.
’Hoi Robin.’ Zei ik.
’Lou… Je vader zoek je. Je zit in diepe problemen.’ Zei ze.
’Wat is er dan nu weer?’ Zei ik verveeld.
’Tom heeft gebeld. Naar je huis nummer.’ Zei ze voorzichtig. Ik sloeg met mijn achterhoofd tegen de boomstam. Naar mijn huisnummer hé. Ik haalde de telefoon van mijn oor af en zette hem uit. Hoe kon hij nou zo stom zijn om mijn huisnummer op te bellen!! En dan had mijn vader natuurlijk opgenomen. Of anders mijn moeder en die had het wel aan mijn vader aangekaart. Nu weet Tom dus ook dat hij mij nooit meer kan zien. Na wat wij elkaar beloofd hadden.
De tranen sprongen in mijn ogen. Ik legde mijn hoofd in mijn knieën en begon zachtjes te snikken. Mijn telefoon zat nog steeds in mijn hand. Ik hield hem stevig vast.
-
Ik leunde nog steeds tegen de boomstam aan. Mijn rug deed pijn van de krampachtige houding waar ik in zat. Er kwam een koude wind maar ik merkte het niet. Ik negeerde het en wou het niet op merken. Ik was koud van binnen, en koud van buiten. Ik kon niet zeggen welke kant kouder was.
Tom. Het woordje draaide door mijn hoofd. Natuurlijk had het woordje veel meer inhoud voor mij. Een naam. Een naam die ik nooit zou vergeten. Hij is in mijn geheugen gekerfd. Zou ik hem ooit los kunnen laten? Tom. De naam die ik niet vergeet. De persoon die ik nooit vergeet en wie altijd in mijn hart zal blijven. Tom Moran. Beroemd. Hij kon elk meisje krijgen die hij wou. Maar toch koos hij voor mij. Een onbereikbaar meisje als het aan haar vader lag. Maar het maakt mij niet uit wat mijn vader denkt. Wat hij wilt of doet. Hij koos ook voor mama toen hij de kans kreeg, of niet dan? Hij koos ook voor haar liefde. Haar armen die om hem heen lagen. Haar stem die hij elke dag zou horen. Haar parfum wolk die hij elke ochtend ruikt als hij wakker woord. De vrouw waar hij voor altijd zijn leven mee wou delen. Waar hij alles voor deed. Waar hij andere keuzes voor moest maken maar wat hij niet erg vond. Dat was toch liefde? Wat is dat van mij dan? Kalverliefde? Een tiener cruch die weer over zou gaan?
Maar dat betekende het voor mij niet! Voor mij betekend het meer. Tom. De jongen waar ik mijn leven mee wil delen. Is dat nou zo moeilijk te begrijpen. Toch, de keuzen die ik gemaakt heb waren misschien fout. Misschien wacht er een beter leven op mij. Een beter persoon. Maar daar stond ik niet op te wachten. Ik wil dit leven met Tom. Of het nou beter is of niet. Hij maakt mij gelukkig. Door hem voel ik me belangrijk, gewild, en zelfs geliefd. Ik vertik het om dat op te geven. Dat zullen ze maar moeten begrijpen.
Oké hij is anders, en ja onze levens zijn té verschillend, maar dat wil niet zeggen dat we niet samen kunnen zijn. Dat we onze levens niet kunnen delen. Het kan wél.
Mijn telefoon ging weer. Ik keek op het schermpje. Het was Robin weer. Ik duwde op het groene knopje, en zette hem toen weer uit. Ik had al genoeg slecht nieuws voor vandaag op mijn bord gekregen.
’Geen slecht nieuws meer voor vandaag.’ Mompelde ik in mezelf.
’Maar wat als het nou goed nieuws was?’ Zei een stem achter mij. Ik draaide me om. Ik sperde mijn ogen en wou wat zeggen, maar hield toch maar mijn mond.
’Waarom nam je niet op?’
’Ik had geen zin in slecht nieuws.’ Zei ik met een zucht. Ik sloeg mijn ogen neer.
’Of misschien was je bang voor het goede nieuws.’
’Waarom zou ik bang zijn voor het goede nieuws?’ Even huiverde ik. Maar hij reageerde niet. Er viel een diepe stilte. Allebei durfde we niet de volgende stap te zetten.
’Het vliegtuig heeft vertraging, minstens tot vanavond laat.’
’Is dat het goede nieuws?’
’Licht eraan’
’Waarom zou ik daar bang voor zijn?’
’Voor jouw vader, hij zal er niet blij mee zijn.’ Ik lachte.
’Dat is waar.’ Zei ik. Ik zat nog steeds op de grond tegen de boomstam. Ik wou opstaan. Ik wou in zijn armen springen. Maar durfde niet. Ik Hoorde wat takjes kraken. Ik bleef naar de grond kijken. Toen zag ik een schoen voor me steen. Ik tilde mijn hoofd een beetje op en keek tegen 2 knieën aan.
’Mooie knieën.’ Zei ik. Ik hoorde hem lachen. Toen voelde ik een warme hand op mijn wang. Tom hurkte voor mij neer. Ik keek in zijn ogen. De glansde. Het leek of hij gehuild had. Tom streelde met zijn duim over mijn wang. Hij werd zwart van mijn uitgelopen mascara. Er verscheen een lach op zijn gezicht. Hij schudde met zijn hoofd en keek naar de grond. Ik legde nu mijn hand onder zijn kin en tilde hem op. Ik zag een traan over zijn wang rollen.
’Nooit gedacht…’ Zei Tom. Hij legde nu ook zijn andere hand op mijn andere wang.
’Nooit gedacht dat ik ooit maar dan ook ooit zou denken zonder jou verder te kunnen.’ Zei hij. Ik lachte en boog mijn hoofd naar hem toe.
’Nooit gedacht dat je terug zou komen.’ Zei ik. Even schrok ik van mijn eigen woorden. Tom keek mij ernstig aan.
’Geloof je je vader? Of geloof je mij?’ Vroeg hij. Ik sloeg mijn ogen neer. Ik wist wat ik wou antwoorden. Maar ik wist niet wat waar was.
’Lou alsjeblieft!’ smeekte Tom. ‘Je kent me toch. Je weet dat ik niet zo ben.’
’Weet ik Tom, maar ik ben zoals je zei bang.’ Zei ik en ik legde mijn handen op zijn handen en haalde ze van mijn gezicht af. ‘Maar, als ik bij jou ben, ben ik nergens bang voor. Het moment daarna is…’ Ik kon het laatste niet omschrijven. Ik zei niks meer.
Tom gaf me een zoen op mijn hand.
’Ga alsjeblieft mee.’ Zei Tom.
’Nee Tom, ik kan het niet.’ Zei ik.
’Als je niet mee gaat… Zeg dan dat je niet van me houdt.’ Zei Tom vast besloten. Ik schrok van zijn woorden hoe kon hij dit nou zeggen. Natuurlijk hield ik van hem.
’Tom ik HOU van je!’ Zei ik bijna huilend. ‘En ik wil met je mee maar…’
’Maar wat? Lou je bent vrij om te gaan. Je vader kan je niks maken.’ Zei Tom. Even klonk hij opdringerig maar hij ontspande snel.
Waar wachtte ik eigenlijk op? Op een geschreven uitnodiging? Nee! Ik wachtte op Tom. Dat hij mij op kwam halen of minstens op zou bellen. En hij kwam. Hij kwam mij ophalen. Hij nam mij mee om bij hem te zijn
Ik stond op en trok Tom op.
’Ik wacht op zoveel dingen.’ Zei ik uiteindelijk. Tom sloeg zijn ogen neer. Ik legde mijn hand op zijn wang zodat hij mij aan kon kijken.
’Op jou.’ Zei ik bijna onoorbaar.
’En dit.’ Zei Tom. Hij drukte zijn lippen op de mijne. Het voelde zo fijn om in zijn armen te liggen. Hij legde zijn handen op mijn bovenarm en die gleden langzaam naar beneden. Ze vonden rust op mijn onderrug. We zoende nog steeds. Ik legde mijn armen om zijn nek. Zijn lichaam kwam dichter bij de mijne. Een golf van emotie overspoelde me. Ik leunde tegen hem aan en liet me meeslepen. Zo stonden we een tijdje.
Opeens liet Tom mij los. Hij lachte.
’Kom, dalijk missen we ons vliegtuig.’ Zei hij. Ik lachte en pakte zijn hand vast. Zo liepen we. Hand in hand naar het vliegveld. We zouden samen verder leven. Ik wist wat de consequenties waren. Als ik thuis zou komen zou ik veel problemen krijgen. Maar het maakte me niet uit. Ik was er klaar voor om die consequenties te accepteren en er tegenin te gaan.
Ik liep hand in hand met Tom naar het vliegveld.
Tom de jongen waar ik echt van hield.

Eind (aÃ?)
xxRenée

Aantal keer bekeken: 4284
Waardering: 8.13 op 10
Geef een cijfer:

Alle rechten voorbehouden 2005-2024 - www.verhalenlezen.nl


Verhalen

Wilt u een verhaaltje lezen uit één van de onderstaande categorieën? Klik dan gewoon op een categorie en u komt op de pagina met de verhalen van deze bepaalde categorie.

Verhalen posten

Hebt u zelf een verhaaltje geschreven? Of een onvergetelijke blunder tegengekomen, of iets anders. En je wilt er anderen mee amuseren, lezen? Met verhalenlezen.nl kan dat geen probleem zijn. Klik hier om een verhaal te posten!


Statistieken

Totaal verhalen: 5184
Totaal categorieën: 10
Totaal 167 bezoekers online