de Overvaart.
U leest om dit moment het verhaal de Overvaart gepost door M P. Dit verhaal is gepost in de categorie spannende verhalen. Wilt u een zelf geschreven, of een mooi verhaaltje posten? Klik daarvoor hier.Wilt u terug naar spannende verhalen?
Categorie: spannende verhalen
Gepost door: M P
Gepost op: 2010-10-31
Verhaal:
de Overvaart
“Merel!” riep mijn moeder “Het is tijd!” Oja, dacht ik, vandaag was de Overvaart.
Sinds de wereld ziek was geworden van alle smog en gassen had hij zich opnieuw gerangschikt. Razend splitste hij de continenten in miljarden kleine eilandjes, net voldoende voor één mens om op te staan. Alle gebouwen en fabrieken werden verzwolgen door de golven en vele mensen verdronken. Maar mijn moeder en vader niet. Zij gaven niet op en wisten een hele week zich staande te houden op hun mini-eilandje. Voor dat doorzettingsvermogen werden ze beloond en het land klonterde weer samen maar nu in twee continenten: Aferika en Euzalië.
De aardbol die heel vroeger werd vereerd maar steeds meer werd geminacht, had zichzelf daarmee weer op de troon gezet en was nu weer de enige en almachtige God en heerser over deze continenten.
Om te zorgen dat het heel lang zou duren voordat we weer bij onze moderne fabriekenstatus waren, heeft Vader Aarde (Ja het is een man) ons weer onderaan de ladder van de evolutie gezet. We zijn nu weer jagers en verzamelaars en om het zwaar te maken heeft hij de oude grondstoffen verwijderd en nieuwe nog niet ontdekte er voor in de plaats gelegd. Als extra vergelding heeft hij op ieder continent een grondstof geplaatst die enkel en alleen daar is.
Als één continent beide unieke grondstoffen heeft, zal die ook heerser worden over het ander continent.
Daarom is er iedere vijf jaar de Overvaart om die ene grondstof bij de ander te ontdekken en mee terug te nemen. Dat moet gedaan worden door vier verkozen kinderen en die lotingceremonie is vandaag.
“MEREL!” roept mijn moeder “Trek je jurk aan en kom mee!” Ik sjorde mopperend mijn jurk aan en dwong mezelf om te glimlachen.
Het grote kampvuur belichtte onheilspellend alle benauwde gezichtjes van tientallen kinderen. Wie zou er worden verkozen tot Speurder en zou mee moeten met de Boot naar Euzalië? Het was natuurlijk niet zonder risico’s dat zoeken van dé Grondstof op Aferika. De Aferikanen deden er alles aan om zichzelf zo goed mogelijk te bewaken tegen Speurders.
Ons altijd vrolijke stamhoofd liep naar het midden en kuchte een paar keer. Iedereen was meteen doodstil. Langzaam haalde hij de veren te voorschijn. Iedere veer stond voor de naam van een kind.
De eerste veer wordt getrokken, de veer van Papegaai. Het magere meisje liep huilend om haar moeder naar het midden. Die zou niet aan de Aferikanen ontsnappen, het arme prul. De tweede en derde pluimen waren bijna identiek aan elkaar. De tweelingvrienden van mijn broer liepen vrolijk naar voren; Pimpel en Koolmees. Nog één veder moest er getrokken worden, ik was bijna veilig, bijna. Maar het stamhoofd trok een zwarte veer, de veer van een Merel.
Een paar seconden was ik totaal verdoofd maar toen mijn hart weer begon te kloppen zette ik er mezelf toe om naar ons opgewekte stamhoofd te wankelen.
Een golf van haat overspoelde me opeens, jegens hem en iedereen die nu opgelucht zuchtte. Toen werd alles zwart.
Ik werd wakker met barstende koppijn en de… de grond bewoog!!! O nee, herinnerde ik me weer, ik lag op een boot. Om me heen zag ik dat de anderen al wakker waren en op het dek stonden. Snel voegde ik me bij hen en rond zonsondergang doemde er iets aan de horizon op: Aferika.
Schuchter liepen we van de loopplank af want we wilden niet dat iemand ons hoorde. Dat zou onze dood kunnen betekenen en pas toen de boot helemaal uit het zicht was verdwenen, durfde ik het te geloven. Ik was nu echt een Speurder.
Onze omgeving bestond uit een dicht woest bos “Zullen we dan maar een onderkomen voor deze nacht zoeken?” stelde Pimpel voor en iedereen volgde hem het woud in.
De volgende morgen was ik als eerste wakker, dacht ik, maar toen ik beter keek zag ik dat alleen Pimpel nog in ons zelfgemaakte boshutje snurkte en hoorde ik een zacht gefluister.
Buiten zag ik dat Papegaai en Kool een gesprek voerden. Op het einde bogen ze zich langzamer naar elkaar toe en… “Hé, al wakker!” Ik schrok toen Pimpel op mijn schouder tikte maar toen ik weer naar Kool en Papegaai keek, waren ze weer normaal aan het kletsen. Die twee moest ik in de gaten houden. Volgens mij waren ze een plan aan het beramen.
Na een lange wandeltocht werd het bos eindelijk wat lichter en in de verte zagen we hutten staan, een dorp! We bleven de rest van de dag daar zitten om te kijken of er iets was van de speciale Grondstof.
Toen het begon te schemeren zag ik hem, hij droeg alleen maar een lendendoek en zijn gespierde borst was ontbloot. Ik zuchtte en ik voelde iets raars van binnen alsof mijn maag een rondedansje deed met mijn andere organen. Zoiets had ik nog nooit gevoeld, het voelde eng maar tegelijk ook heerlijk en ik bleef naar hem kijken. Alsof ik verslaafd was. Ik merkte dan ook als eerste dat hij op ons afkwam. Dat was geen goed teken en ik rende weg ,besefte dat de anderen daar nog waren en ik stopte en schreeuwde nog een waarschuwingskreet maar mijn stem was zwak en ik rende verder.
Pats, pats, takken van allerlei soorten bomen sloegen tegen mijn armen en benen alsof ze me straften voor het feit dat ik de tweeling en Papegaai had achtergelaten. Toch durfde ik pas om te kijken bij ons boshutje en mijn vermoedens klopten. Niemand had me gevolgd, de jongen niet maar waar waren de tweeling en Papegaai? Ik wachtte de hele nacht peinzend over dat rare gevoel. De jongen deed iets met me maar wat? Bij het ochtendkrieken liep ik vrezend van wat ik daar zou vinden naar de rand van het bos en daar vond ik ze: Pimpel en Kool. Ze lagen als twee geknakte meesjes op de grond, staarde mij met holle ogen aan en ik huilde zonder tranen.
Papegaai was gelukkig ontsnapt en haar zou ik dus nog wel tegenkomen. Dat zou zelfs sneller zijn dan ik verwachtte maar dat wist ik toen nog niet.
Ik besloot deze streek te ontvluchten, het was hier niet veilig maar iets hield me tegen, die jongen? Opeens viel het kwartje… die rare gevoelens als ik hem zag en nu kon ik ook al niet vluchten vanwege hem. Ik zou toch niet, neen dat kon niet, ik kende hem niet eens. Maar ik wist dat het wel waar was.
Ik nam daar toen een beslissing, ik was onherroepelijk verliefd op hem, de vijand, en hij zou het moeten weten. Nu. Ik rende naar het dorpje.
Mijn voeten droegen me als vanzelf naar zijn hut maar daar stond al ander bezoek voor hem… Papegaaitje. Iets aan haar deed me huiveren.
Plotseling wist ik het…ze was bij de eerste ochtend op Aferika niet een plan aan het beramen met Kool maar ze wilde Kool kussen. Ze was verliefd op hem geweest. Nu ging ze hem wreken. In haar kleine poppenogen zag ik een dodelijke glinstering en ze haalde een vlijmscherp mes te voorschijn. “Nee!” gilde ik en toen hij de deur open deed sprong ik er voor…
Einde
Aantal keer bekeken: 2946
Waardering: 7.00 op 10
Geef een cijfer:
Totaal categorieën: 10
Totaal 310 bezoekers online
Verhalen
Wilt u een verhaaltje lezen uit één van de onderstaande categorieën? Klik dan gewoon op een categorie en u komt op de pagina met de verhalen van deze bepaalde categorie.- blunders
- dieren verhalen
- erotische verhalen
- griezel verhalen
- humor verhalen
- kinderverhalen
- liefdes verhalen
- sex verhalen
- spannende verhalen
- sprookjes
Verhalen posten
Hebt u zelf een verhaaltje geschreven? Of een onvergetelijke blunder tegengekomen, of iets anders. En je wilt er anderen mee amuseren, lezen? Met verhalenlezen.nl kan dat geen probleem zijn. Klik hier om een verhaal te posten!Statistieken
Totaal verhalen: 5184Totaal categorieën: 10
Totaal 310 bezoekers online